Psychologisch woordenboek: Theory of Mind
‘Ik zie, ik zie wat jij niet ziet!’
Mensen hebben eigen gedachten, motieven en verlangens. En die zijn vaak anders dan de jouwe. Klinkt gek, maar ooit had je dit besef niet. Omdat gedachten onzichtbaar zijn, ging je er ongeveer tot je vierde, vijfde levensjaar vanuit dat de mensen in jouw omgeving vooral zien, voelen, denken en weten wat jijzelf ervaart. Pas daarna ontwikkelde je, wat psychologen noemen, een Theory of Mind en kreeg je oog voor het unieke perspectief van de ander. Een belangrijke voorbode voor het ontwikkelen van empathie voor andere wezens.
Door middel van zogenaamde spiegelneuronen worden gedragingen en emotionele uitingen die wij bij anderen menen te zien in onze eigen hersenen geactiveerd alsof het om onszelf gaat. Daarom heb jij de neiging ‘auw’ te roepen, als je iemand anders zijn hoofd ziet stoten.
Psycholoog Robert Seyfarth legt hieronder uit hoe ontwikkelingspsychologen tot de ontdekking kwamen dat het zien van andersmans perspectief niet aangeboren is, maar dat we het gaandeweg leren. En hier zie je een inzichtelijk testje met echte kinderen.