Psychologisch woordenboek: smetvrees
Smetvrees is een ware straf. De lijders ervan worden getiranniseerd door een onophoudelijke dwang ‘vuil’ en ‘bacteriën’ te willen vermijden. Soms is de besmetting meer symbolisch en bijgelovig van aard, zoals bij het aanraken van objecten waar de smetangstige een nare associatie mee heeft. Elke handeling waarbij iets ‘besmettelijks’ wordt aangeraakt moet dwangmatig worden gevolgd door een washandeling. Hierom wordt smetvrees meer als een obsessief compulsieve stoornis gezien dan een fobie. Besmetting is een gevaar dat overal op de loer ligt en zowel het lichaam als de omgeving moeten uitvoerig en continue ritueel gereinigd worden om dit gevaar de kop in te drukken. Dit kost meer dan een dagtaak, het hele wakende leven staat ervan in het teken. De oplossing van deze dwangneurose is minstens zo zwaar. Die bestaat uit vrijwillige blootstelling aan de bron van de ‘besmetting’ – meestal onder de sturende begeleiding van een therapeut – zonder daarna het wasritueel erop los te mogen laten. Een tijdlang, totdat de wasneigingen afnemen. Een ware straf voor de smetvreeslijder. Die moet behoorlijk wat vuile handen maken om weer een smetvrij leven te krijgen.
Dit artikel is een onderdeel van het Psychologisch woordenboek.