Hoe tegenstrijdige verlangens en romantische ideaalbeelden de liefde saboteren

Mensen die alles materieel gezien op orde hebben, krijgen dat niet per se voor elkaar als het om hun liefdesleven gaat. Ze zijn gewend dat hard en gedisciplineerd werken goede resultaten oplevert, maar komen bedrogen uit als ze die strategie op de liefde toepassen. Misschien zien ze er goed uit doordat ze veel sporten of geld hebben om mooie kleren te kopen. Dat geeft wellicht meer kans op seks of aandacht, maar niet op een bijzondere connectie met een ander. Neem die zorgvuldig afgetrainde man op de sportschool die ik vaak hoor klagen tegen een vrouw met wie hij na afloop altijd twee giftig uitziende energiedrankjes drinkt. De kern van zijn verhaal is altijd: ‘Ik neuk verdomme wat af in mijn penthouse, maar waar zijn in vredesnaam de echt leuke, knappe vrouwen die met mij een gezin willen stichten?’ Zij klaagde eerst weleens mee over haar eigen liefdesleven, maar sinds kort heeft ze een vriend en luistert ze niet meer. Ze knikt af en toe mee, maar aan haar lege blik is te zien dat ze elders is met haar gedachten.

We kunnen bepaalde zaken onder controle krijgen in ons leven. Dat is meestal een kwestie van hard werken. Goede baan, extra nulletje op de bankrekening, mooi huis, betere gezondheid, strak lijf. Al deze aspecten zijn maakbaar als je bereid bent te investeren met tijd en moeite. Voor de liefde geldt dat nooit. Hoe krachtiger we proberen haar te grijpen, hoe meer ze ons door de vingers glipt. Liefde vraagt natuurlijk niet alleen om moeite doen en aantrekkelijk zijn, maar vooral ook om spontaniteit, kwetsbaarheid, ongemakkelijkheid, loslaten, openheid, geduld en ongedwongenheid. Alleen op die manier ontstaat intimiteit met een ander.

Dat is soms een doorn in het oog van mensen die gewend zijn doelen te halen door er met fiere tred recht op af te gaan. Doelbewustheid staat vaak haaks op ontspannen samenzijn. Het gaat meestal samen met valse lachjes, gespeelde nonchalance of zelfs emotionele chantage. En daar zijn veel mensen wars van. Jij toch zeker ook? Als jij bent zoals de meesten dan voel je je eerder uitgenodigd iets echts van jezelf te laten zien als een ander dat ook doet. Dat nodigt uit om natuurlijke verdedigingsmechanismes en formele beleefdheid te laten varen en je open te stellen. Mensen spiegelen zich daarin aan elkaar. Het moge duidelijk zijn, de controlefreak heeft het maar lastig op liefdesgebied. Door hoge eisen aan zichzelf te stellen en alles onder controle te willen hebben, valt het hem of haar zwaar om open en kwetsbaar te zijn. En dat is jammer, want echtheid en kwetsbaarheid bindt.

Uit onderzoek blijkt dat mensen sneller verliefd worden als ze de controle over hun leven een beetje kwijt zijn. Als ze uit evenwicht zijn. Omdat ze bijvoorbeeld in een kwetsbare, nieuwe fase van hun leven zijn beland. Een verhuizing, een nieuwe baan. Op het moment dat je je wat kwetsbaarder voelt, sta je waarschijnlijk ook meer open voor echt contact. Je hebt de ander meer nodig. Iemand die je dan helpt of oprechte interesse toont, maakt dan veel meer indruk.

Maar zo groots als een verhuizing hoeft het geeneens te zijn. Ook ongemakkelijke situaties in het dagelijkse leven brengen mensen bij elkaar. Door onalledaagse incidenten kan de vonk overspringen. Niet voor niets zie je in romantische films regelmatig dat geliefden elkaar van de sokken rijden, wijn over elkaar heen gieten of per ongeluk iets heel gênants roepen. Dit soort rare, kwetsbare momenten zorgt ervoor dat mensen even extra open voor elkaar staan. Vooral als het daarna lukt om het samen weer goed te maken kan er ineens een sterke gevoelsband ontstaan. Ze hebben samen iets raars meegemaakt. Dat soort situaties kun je helaas niet scripten, die ontstaan gewoon. Daarom is het goed af en toe dingen aan het toeval over te laten.

Hoge partnereisen
Ook als er hoge eisen aan de partner worden gesteld kan de liefde in de kiem worden gesmoord. Vooral in deze tijd hebben veel mensen torenhoge verwachtingen van een partner. Helemaal als ze zichzelf erg de moeite waard vinden en denken dat ze een uitzonderlijk exemplaar verdienen. Mensen met zelfvertrouwen, succes of een mooi uiterlijk worden sneller aantrekkelijk gevonden en hebben mede daardoor vaak nog hogere eisen. Uit onderzoek blijkt dat dit vaak oppervlakkige eigenschappen betreft. Uiterlijke schijn.

Een heel knappe vrouwelijke kennis – ook wel de ijskoningin genaamd – is inmiddels al meer dan tien jaar single. Onvrijwillig. ‘Er zijn gewoon écht geen leuke, slimme mannen, ja, behalve een paar die bezet zijn.’ Dat zijn bij nadere beschouwing mannen die ze niet goed kent en waarop ze haar fantasieën kan projecteren. Telkens als ze denkt zo’n man aan de haak te kunnen slaan, is er toch iets mis mee. Er is altijd íéts mis. Al is het maar dat ze haar te graag willen.

Uit onderzoek blijkt dat hoe aantrekkelijker vrouwen zichzelf vinden en hoe meer keuze ze hebben, hoe meer ze een man willen die welgesteld en hoogopgeleid is. En hoe succesvoller mannen zichzelf vinden, hoe meer ze een fysiek aantrekkelijke partner willen. Zelfs als je een partner vindt die aan de strenge eisen voldoet, word je daarvan niet per se gelukkig. Integendeel. De vraag naar bepaalde criteria zoals een dikke portemonnee, status of specifieke looks concurreert namelijk direct met een veel belangijker vraag: kan ik goed met deze persoon opschieten en maakt deze persoon mij gelukkig?

Tegenstrijdige relatiewensen
Nog lastiger dan hoge eisen zijn tegenstrijdige eisen. We willen vaak zowel de passie en seksuele spanning van het prille begin, als de vanzelfsprekendheid van een duurzame relatie. Hoe meer we deze twee eigenschappen in een en dezelfde relatie willen stoppen, hoe lastiger we het onszelf maken. De meeste mensen kiezen voor duurzaamheid en het gebrek aan spanning compenseren ze door een beetje met anderen te flirten. Dat gaat af en toe wat verder, maar de meeste misstappen zijn losstaande incidenten die het einde van een relatie inluiden.

We weten misschien best dat de partner die ons op alle fronten kan bevredigen een mythe is. Maar omdat we graag monogaam zijn, hopen we toch dat onze levenspartner aan zo veel mogelijk verschillende verlangens beantwoordt. Je moet in de zoektocht ergens een grens trekken, anders kom je nooit aan de bak. Het is goed te realiseren dat wat we zoeken en vinden in een partner altijd een compromis zal zijn. Sterker, elk mens is per definitie een compromis. Sommige eigenschappen kunnen per definitie niet in één mens bestaan en sommige combinaties van eigenschappen komen weinig voor. Lieve, zorgzame mannen worden bijvoorbeeld niet zo snel succesvol en rijk, daarvoor heb je nu eenmaal ook een beetje competitiedrang, frustratie en agressie nodig. Mannen die zorgzaam én succesvol en rijk zijn, zijn vaak bezet of hebben extreem veel keuze en stellen hoge eisen. Een hoog libido maakt vreemdgaan waarschijnlijker. Succesvol zijn in je werk gaat vaak samen met minder aandacht voor een partner. Een mooi uiterlijk maakt dat je minder hoeft te leunen op een leuke persoonlijkheid. Wie intellectueel en belezen is hecht over het algemeen minder waarde aan het hebben van een strak lichaam. De ene neiging concurreert direct met een andere.

We zouden hieruit kunnen concluderen: hoe meer je tegenstrijdige eigenschappen in een partner of relatie zoekt, hoe langer je alleen blijft of ontevreden raakt als je wel in een relatie zit. Het geheim van geluk in de liefde is nogal ontnuchterend: stel prioriteiten in wat je wilt in een partner, verwacht niet te veel van de ander en geniet van wat er wel is.

Lastig voor de perfectionist, maar niet ondoenlijk. Mettertijd stellen we harde eisen en prioriteiten bij. Dat gaat vanzelf. Naarmate onze verwachtingen realistischer (lees: lager) worden, zullen we dankbaarder zijn voor wat we wél hebben in plaats van wat we missen in een partner. Uiterlijke schijn en status worden steeds minder belangrijk. En dat komt de liefde vaak ten goede.

eKudos Nu Jij

Liefde? Komt het ooit goed?

‘Wanneer kom ik nu eens de ware tegen?’ ‘Verwacht ik te veel van de liefde?’ Zo’n vraag komt meestal na een verbroken relatie of een vergeefse poging een leuke partner te strikken. Ik vermoed dat het een retorische vraag is. Net als wanneer de buurman vraagt: ‘Waarom schijnt de zon nooit in het weekend?’

Toch probeer ik in een volgend boek en op dit blog een serieus antwoord te geven, want er wordt heel veel geworsteld in de moderne paringsdans. Die strijd heeft in eerste instantie veel te maken met verwachtingen.

Hoe meer twee mensen van elkaar verwachten, hoe intenser hun verhouding zal zijn, maar ook hoe ingewikkelder, kwetsbaarder en teleurstellender. De relatie met je groenteboer is makkelijk te onderhouden: een dagelijkse dosis verse vitaminen in ruil voor geld, uitgewisseld met een paar vriendelijke woorden. ‘Bedankt groenteboer, tot morgen.’ Een beetje wederzijdse sympathie is prettig, niet noodzakelijk.

De complexiteit van de relatie groeit exponentieel naarmate er meer gevoel en exclusiviteit van elkaar wordt verwacht, zoals in de gemiddelde vriendschap. Een beetje vriend of vriendin belt af en toe om te vragen hoe het gaat, steunt je in tijden van nood, helpt je bij een verhuizing, bewaart jouw geheimen, papt niet met jouw partner aan en voelt zich schuldig als hij of zij die verwachtingen niet nakomt. Een stuk ingewikkelder dan de band met de groenteboer, maar prima te doen als je elkaar voldoende begrijpt, elkaars persoonlijkheid accepteert en genoeg inlevingsvermogen hebt.

En dán is er de romantische relatie. De koning van alle relaties, waarin twee mensen, met verschillende persoonlijkheden, achtergronden en verlangens elkaar proberen te vinden, blij te maken en dat zo lang mogelijk vol te houden. Een project dat zelfs de meest stabiele, harmonieuze mensen regelmatig met elkaar in conflict zal brengen en tot momenten van waanzin zal drijven.

Het is niet overdreven te zeggen dat de meesten van ons nogal veel van de liefde verwachten. Scroll maar eens op een datingsite. Veel daters hebben ellenlange wensen- en eisenlijstjes in hun profieltekst. Vrouwen weten meestal nog beter dan mannen wat ze wel en niet zoeken. Dat ziet er bijvoorbeeld zo uit:

‘Wat ik zoek in een partner is lastig te zeggen, daarom wat losse trefwoorden: grappig, intelligent, goed verzorgd, liefst niet kaal, lang, trouw, levensgenieter, romantisch, opgeruimd, avontuurlijk, loyaal, échte man, hoog opgeleid, onafhankelijk, zorgzaam, muzikaal, niet jaloers, reislustig, sportief, en vooral lief voor mij.’

Wauw. Zou zou iemand echt bestaan? We verwachten van onze relatie een carrousel met gevoelens en gedragingen die we naar wens op elkaar kunnen richten en afstemmen: genegenheid, trouw, loyaliteit, begrip, geduld en zorgzaamheid moeten soepel worden afgewisseld worden met meer exclusieve gevoelens als lust, verliefdheid en zelfs jaloezie. En hierin schuilt het eerste probleem. Het zijn allemaal gevoelens die je niet kunt claimen of garanderen. Het zijn gevoelens die alleen spontaan kunnen ontstaan. In een liefdesrelatie verwachten we ze echter niet alleen vandaag van elkaar, maar ook morgen, overmorgen en wanneer we volgend jaar op vakantie gaan of gaan samenwonen. Een hachelijke zaak als je het zo bekijkt.

Eén ding is zeker: hoe specifieker, uitgebreider of tegenstrijdiger de verwachtingen zijn, hoe groter de uitdaging een partner te vinden die daaraan kan (en wil) voldoen.

Handig communiceren is een vereiste, maar partners die enigszins op elkaar lijken hebben gemiddeld gezien de meeste kans van slagen. Op de lange termijn dan. Deze mensen zullen elkaar begrijpen en daardoor meer voor elkaar overhebben. Dat communiceert makkelijker, ze kunnen lekker zichzelf zijn en hun partner waardeert het waarschijnlijk ook nog. Maar als je te veel op elkaar lijkt gaat dat vaak ten koste van de seksuele aantrekking, en die blijkt ook nodig om bij elkaar te willen blijven. Romantische relaties vragen om een kwetsbare balans tussen lust en vertrouwen. Vind dat maar eens in één en dezelfde partner. In de hoeveelheid die voor jullie allebei voldoende is.

En dát is natuurlijk de grootste uitdaging van de liefde: een leuke, geschikte partner vinden. Zo veel geschikte en beschikbare kandidaten kom je in het leven van alledag niet tegen en het ‘kiezen’ van een partner verloopt in de praktijk nogal willekeurig. We weten niet precies waarom we juist op die ene persoon vallen en niet op die andere. En als wij voor iemand gevallen zijn dan is dat lang niet altijd wederzijds.

Aantrekking is een mix van toeval en biologische chemie. We rechtvaardigen onze keuzes achteraf, alsof we weten wat we doen, maar dat is schijn. Het echte kiezen gebeurt diep in de hersenen. Het zijn onbewuste drijfveren, gelegen in de oudere, primitieve hersengedeelten, geduldig in elkaar gezet door oeroude evolutionaire programma’s die ons sturen. Het lijkt vooral een kwestie van geluk als we op een partner vallen die ons niet alleen in vuur en vlam zet, maar ook inhoudelijk bij ons past.

Hier alvast wat artikelen om je op weg te helpen?

Klem in een moeilijke relatie: doorgaan of niet?
Was liefde vroeger eenvoudiger?
Waarom word je verliefd op de een en niet de ander?
Bestaat de ware? Heeft iedereen een soulmate?
Hoe vergroot je de kans dat een date je geliefde wordt?
Hoe onderzoek naar telepathie de liefde verandert
Liefde in tijden van Facebook en Tinder: het keuzeprobleem
Invloed van vroege hechting op latere relaties
Hoe tegenstrijdige verlangens en romantische ideaalbeelden de liefde saboteren

eKudos Nu Jij

Communicatieregel: stop de Cirkel der Verwijten


Je kent ze vast. Partners die slechts nog in verwijten communiceren. “En ja hoor, je hebt weer een vlek in je trui.” ‘Ach, wat maakt jou het uit hoe ik eruit zie, het is niet dat we een seksleven hebben of zo.” Het vreemde is dat mensen aan deze vorm van communicatie wennen en dat ze het jarenlang kunnen volhouden. Dat is conditionering. Je traint elkaar hierin. Ook hier is het probleem dat de partners op een gegeven moment allebei denken dat het vooral aan de ander ligt. Als partnerlief verandert zullen zij het misschien ook overwegen. Het is een denkfout die beider geluk saboteert.

Als jij verandert, verandert je partner mee.
Vooral als je al lang samen bent is het soms heel makkelijk om vooral te zien wat er NIET goed gaat binnen jullie relatie. Het goede is vanzelfsprekend en wordt niet meer gezien, het ‘slechte’ steeds meer in het oog springend. Bepaalde gedragingen van je partner kunnen je na verloop van tijd zelfs jeuk of andere allergische reacties geven. Misschien heb je jarenlang gevochten om iets in jullie relatie te veranderen, tevergeefs. Daar word je moedeloos van. En vaak ook lui. Je hebt geen zin om je best te doen.

Hoe logisch het ook voelt om bij elke ‘misstap’ van je partner een kritische noot te zingen, probeer de communicatie constructief te houden. Klaagzangen en verwijten maken een fijne relatie erg moeilijk. Het is besmettelijk en zorgt ervoor dat je partner precies hetzelfde doet. Het uiten van een echte vraag of wens maakt het voor de ander veel aantrekkelijker om positief te reageren.

De eerste en meest belangrijke stap in de oplossing van relatieproblemen is door je te houden aan een rigoureus verwijtendieet! Stop met verwijten! Een kleine klaagzang op zijn tijd kan wat lucht geven, maar hou het beperkt.

Verwijten verlammen!
Hij: ‘Was je weer op pad? Je doet veel leukere dingen met je vrienden dan met mij!’
Zij: ‘Alsof jij de laatste tijd zo leuk bent om iets mee te doen.’

Hij: ‘En waarom moet het altijd zo’n zooi zijn als ik thuis kom?’
Zij: ‘Ik ben weggevlucht omdat jij vanochtend chagrijnig leek. Daar had ik weinig trek in.’

Het uiten van een wens of vraag zorgt voor betrokkenheid
Hij: ‘Vind je het leuk om vrijdag samen naar het strand te gaan? Ik heb toevallig een vrije dag gekregen.’
Zij: ‘Ik heb eigenlijk met Marie afgesproken, maar ik zal eens vragen of ik dat kan verzetten. Lang geleden dat wij op het strand waren, leuk!’

Hij: ‘Ik heb het vandaag druk, zou jij alsjeblieft de afwas kunnen doen?’
Zij: ‘Ik heb het ook behoorlijk druk, maar vooruit dan: omdat jij het bent!

Dit artikel is onderdeel van het kritiek-gedeelte van de cursus ‘Communiceren kun je leren’.

eKudos Nu Jij

Het grootste verschil tussen mazzelaars en pechvogels?

Hint: het is niet wat je denkt dat het is.
Psycholoog Richard Wiseman deed ooit uitvoerig onderzoek naar geluk en pech. Hij was vooral geïnteresseerd in het onderscheid tussen mensen die zich daarin rijk prijzen en hun tegenhangers: de mazzelaars én de pechvogels. Hij verzamelde bijzondere, waargebeurde verhalen van beide types. De een kwam bijvoorbeeld zijn grote liefde tegen op weg naar de bank waar hij een winnend lot uit de loterij ging verzilveren, de ander werd twee keer in zijn leven door de bliksem getroffen.

Hij ontdekte dat geluksvogels heel vaak toevallig op het juiste moment op de juiste plek waren en dat de pechvogels de jackpot vaak net aan hun neus voorbij zagen gaan. Wiseman onderwierp beide groepen aan talloze testen en vragenlijsten om te zien wat nou precies het verschil maakte. Hij was uiteraard nieuwsgierig, maar ging er stiekem vanuit dat mazzelaars geboren worden als zondagskinderen en dat ze intelligenter, knapper, grappiger en gezonder zijn en meer mogelijkheden hebben dan de gemiddelde mens. Bij pechvogels zou dat precies andersom zijn dacht hij. De resultaten verbaasden hem. En jou waarschijnlijk ook.

De mazzelaars bleken hoogstens ietsje extraverter, verder waren er helemaal geen kwalitatieve verschillen. De mazzelaars bleken vaker op het juiste moment op de juiste plek te zijn omdat ze gewoon op meer plekken kwamen. Het is is géén magie, het is statistiek. Dat is dus goed nieuws voor de pechvogels onder ons. Geluksvogels pakken en zien blijkbaar meer kansen dan pechvogels. Een grappig voorbeeldje: Wiseman verstopte in een krant (die alle deelnemers moesten lezen) de simpele boodschap: ‘Als je dit leest, meld dit aan de onderzoeksleider en ontvang 50 euro.’ Bijna alle mazzelaars zagen de boodschap, terwijl de pechvogels die bijna allemaal misten. In zijn boek The Luck Factor kun je dit allemaal teruglezen.

Mazzelaars zien, volgens Wiseman, niet alleen meer mogelijkheden, ze zeggen vaker ‘ja’ tegen uitnodigingen, handelen daar vervolgens naar en gaan anders om met tegenvallende resultaten. Hierom blijven ze meer gemotiveerd en werken ze harder aan hun doelen dan pechvogels. Pechvogels vertrouwen – juist omdat ze denken dat geluk iets is wat je overkomt – meer op het lot en het toeval en zijn minder geneigd te werken om hun doelen te bereiken. Ze geven het daardoor eerder op. Ook al denken ze soms van niet, ze zijn als puntje bij paaltje komt passiever en meer afwachtend.

Mensen die openstaan voor hun omgeving en actief meedoen creëren op een natuurlijke manier tal van mogelijkheden. Het blijkt dat extraverte mensen in dit opzicht in het voordeel zijn omdat ze het leuker vinden om met anderen om te gaan. Naarmate je meer mensen leert kennen, kom je ook meer in contact met mensen die iets in jouw leven betekenen. Het is nooit verkeerd om hier op een meer bewuste manier op in te spelen. Begeef je daarom vaker op plekken waar sociale dingen gebeuren, neem risico’s en leer mogelijkheden zien. Statistiek dicteert dat als je actief blijft je uiteindelijk ook je lucky break krijgt. Of meerdere.

Misschien ben je van nature introvert aangelegd of heb je gewoon geen zin in oppervlakkige praatjes. Daar is niks mis mee. Ik ben dat zelf ook en het biedt ook voordelen. Sommige mensen zullen dat in je herkennen of waarderen. Maar het is geen geldig excuus om niet af en toe je sociale register open te trekken en je lot wat vaker met dat van andere mensen te verbinden. Zeg vaker ‘ja’.

Banen, projecten, kansen, vrienden en leuke dates zijn vaak te vinden tussen de vrienden van je vrienden. Dat blijkt althans ook uit onderzoek. Je directe vrienden hebben waarschijnlijk niet meer zoveel praktische verrassingen en nieuwe mogelijkheden voor je in petto, daarvoor kennen jullie elkaar te goed. Maar de vrienden van je vrienden hebben die waarschijnlijk wel.

Dus: vertrouw niet teveel op magie en geluk, vertrouw op actie en statistiek

eKudos Nu Jij

De illusie van de foute man

Een bevriende journaliste is bezig met een artikel voor een vrouwenblad over mannelijke sletten (‘Echt 100 plus hé!’). Mannen die vrouwen verslijten en zich niet hechten. Ze kent er zelf een aantal – iets te goed – en vroeg zich af: ‘Wat is de drijfveer en het succes van dit type foute man? En waarom trap ik er steeds weer in?’

Voor alle vrouwen die last hebben van het ik-val-op-foute-mannen-syndroom: hieronder het succes van de foute charmeur verklaard.

Mannen kunnen van nature seks iets makkelijker loskoppelen van een emotionele band dan vrouwen. Slettengedrag is voor hen daarom iets natuurlijker. Toch zijn de meeste mannen in de praktijk geen sletten. Ook niet vaker dan vrouwen. Waarom? Allereerst is het voor de gemiddelde man moeilijker om aan seks te komen dan de gemiddelde vrouw. Een leuke vrouw hoeft soms slechts op het juiste moment te glimlachen om iemand mee te krijgen. Iets wat zelfs voor een George Clooney-kloon niet is weggelegd (tenzij hij George Clooney is). Een man, hoe knap ook, moet vaak gewoon zijn stinkende best doen om de vrouw het hof te maken en de meeste mannen doen dat niet op een handige manier. Het is vaak geluk als ze weer eens ‘mogen’. Eerder uitzondering, dan regel. Ze zijn gewend dat ze moeten investeren en bewijzen dat ze het waard zijn. En investeren betekent vaak ook een persoonlijke band aangaan. Vrouwen hebben vaak een goede intuïtie, en weten het heus wanneer de man alleen op seks uit is. Ze zal – afhankelijk van hoe aantrekkelijk ze hem vindt en of ze in de stemming is – zelf bepalen of hét die avond gaat gebeuren. Dat is vaker niet, dan wel.

Er zijn echter mannen die ondanks duidelijke ‘foute signalen’ toch elke keer het voordeel van de twijfel krijgen. Mannen die als boter door de natuurlijke verdedigingsmechanismen van een vrouw heen glijden. Deze mannen hebben vaak iets extra’s: charisma, charme, kennis van de vrouwelijke psyche, al dan niet gecombineerd met een indrukwekkend uiterlijk. Deze mannen hebben het talent om weerstand te omzeilen en zonder al teveel persoonlijke investeringen te doen en toezeggingen te geven. Lusten zonder lasten: dat maakt dat een foute man gemakkelijk verslaafd kan raken aan het binnen hengelen van op verse vissen.

Wil jij er niet meer in trappen? Het is nuttig om je zwakte voor de foute man eerlijk te erkennen, en als je er niet van gediend bent, in de toekomst met een grote boog om hem heen te lopen. Maar dat kan erg lastig zijn. De foute man staat vaak op het goede moment op de juiste plek, kent jouw zwaktes, en geeft jou het gevoel dat het bij jou toch net anders zal lopen dan bij die andere vrouwen. Hij zorgt dat jij jouw wildste fantasieën op hem kan laten projecteren?

Misschien vraag je je af wat zijn truc is? Dat is het eerste probleem: het is niet echt een truc. Op dat moment dat hij zijn zinnen op jou heeft gezet ben jij ook de enige die ertoe doet. Daarin is hij oprecht, en dat is aantrekkelijk en krachtig. Het gevoel dat jij de enige bent, is heerlijk. Ook als iemand dat in een kwartier bij jou oproept. Dat is misschien nog wel specialer. Ook dat zul je moeten erkennen: je kunt er twintig jaar over doen om een band met iemand te voelen, maar ook vijf minuten. De foute man is als een vingervlugge gevoelsgoochelaar. Hij geeft je het gevoel dat hij je al kent, zegt rake dingen, vaak op een speelse, ontwapenende manier, die bij jou direct een gemixt gevoel van verwondering en vertrouwdheid oproepen. Dat lijkt bijzonder, maar is het niet altijd. Zo weet hij heus dat jij, net als ieder mens, opbloeit bij aandacht of een goed geformuleerd compliment, houdt en dat je je graag met iemand verbonden wilt voelen. Dat zijn de elementen die het leven memorabel maken. De foute, charmante man is niet iemand van de monoloog, eenzijdige complimenten, doorzichtige vleierij of flauwe humor. Hij laat een echt gesprek ontstaan. Een dialoog die jouw verlangens naar de oppervlakte drijven en jou laten giechelen als een klein meisje. Voor je het weet praat je met de foute man over je diepere passies, je kinderdromen, seks en andere avonturen. Zaken die je zelfs niet (of te weinig) met je ex-vriendjes besprak.

Als zo’n man in je leven verschijnt – en die kans is niet gering aangezien deze mannen behoorlijk actief zijn – zul je al geneigd zijn hem een kans te geven. Je weet dat het te mooi lijkt om waar te zijn en dat allemaal iets te snel gaat, maar daar wil je op dat moment niet aan denken. Het moment is te spannend, te mooi, te alles verslindend. ‘We zien wel waar het schip strand,’ denk je. En dit verklaart het succes en overleving van de mannelijke slet. Hij geeft je het gevoel dat hij een boot zou kunnen zijn die je niet wilt missen.

Na een paar keer alleen terug te hebben gezwommen, zul je de volgende keer waarschijnlijk gewoon aan land blijven. Met een meewarige blik zie je hoe andere vrouwen in hetzelfde bootje te stappen. Jij weet nu hoe het afloopt.

eKudos Nu Jij

Invloed van vroege hechting op latere liefdesrelaties


Volgens schattingen heeft meer dan een derde van alle mensen moeite om intieme relaties aan te gaan. Daar kunnen vele oorzaken aan ten grondslag liggen. Een laag zelfbeeld, gebrekkige sociale vaardigheden, negatieve ervaringen op liefdesgebied. Onderzoek laat zien dat er een verband bestaat tussen jouw allereerste ervaringen met je ouders (vooral die met je moeder) en hoe je later zult omgaan met intimiteit.

We hebben allemaal de aangeboren neiging om ons veilig te voelen en te hechten aan anderen. Dat is een belangrijk overlevingsmechanisme. Als baby ben je volledig afhankelijk van de goede wil en liefde van je verzorgers. Omdat we als baby niet konden praten en denken, hadden we aangeboren reflexen en eigenschappen om onze ouders aan ons te laten hechten en voor ons te laten werken. We zagen er schattig uit, we kirden en maakten lachgeluidjes, we huilden, we graaiden liefdevol naar hun neuzen, we zogen ons vast aan moeders tepels, we spartelden van enthousiasme als we aandacht kregen. We zochten, kortom, continu naar liefdevolle bevestiging en contact met onze verzorgers.

Niet alle ouders zijn hier even consistent en handig mee omgegaan. Allereerst zijn niet alle mensen even warm, inlevend en attent. Sommige ouders waren afstandelijk, afwijzend of kil zijn of hadden issues waardoor ze zo gedroegen. Sommige ouders reageerden grillig en onvoorspelbaar en waren er vooral als ze daar zelf tijd voor of zin in hadden. Hoe het er ook aan toe ging, deze vroege wisselwerking tussen jou en je ouders heeft invloed gehad op hoe jij later met liefde en relaties zou omgaan. Vooral de invloed van je moeder was hiervoor essentieel.

Ideaal is het als je moeder jouw behoeften en angsten goed aanvoelde, er voor je was wanneer jij dat nodig had en jou vrijliet om de wereld om je heen op een veilige, gestructureerde manier te ontdekken. Dat geeft je het gevoel dat de wereld een veilige plek is waarop je invloed uit kan oefenen. Het gevoel veilig te zijn en controle te hebben over je leven is een eerste levensbehoefte.

Een moeder die de signalen van haar kroost negeert en er onvoorspelbaar, afwijzend of onverschillig mee omgaat leert haar kind de wereld op een heel andere manier kennen. Die baby merkt dat hij niet veel invloed op zijn omgeving heeft, waardoor hij angstig en onzeker wordt. Je verzorgers moeten in de eerste plaats een belangrijke thuishaven creëren waarop jij kunt bouwen. Dat helpt je ook om te gaan met pech, tegenslag en emotionele pijn en het leert je zowel op jezelf als anderen te vertrouwen.

In die cruciale eerste jaren wordt dus voor een belangrijk deel jouw algemene kijk op de wereld en jouw rol daarin gevormd. Die kijk staat natuurlijk niet vast, maar die eerste ervaringen vormen een belangrijke basis van hoe je jouw wereld- en zelfbeeld verder zult inkleuren. De mate van geborgenheid die jij in je eerste jaren hebt ervaren blijkt essentieel te zijn voor hoe gemakkelijk jij je later zult kunnen binden aan anderen.

De eerste die dit hechtingsfenomeen op de wetenschappelijke kaart zetten was de Engelse psycholoog John Bowlby met zijn wereldberoemde theorie over hechtingsstijlen. Zijn theorie, geformuleerd in de jaren 40 staat nog steeds heel sterk: wetenschappers kunnen alléén al door het gedrag van de moeder te observeren al voor de geboorte voor 75 procent voorspellen welke hechtingsstijl een kind zal ontwikkelen. Uit zijn onderzoeken onderscheidde Bowlby vier hechtingstypen:

Veilig gehecht – Het is een kleine zegen als je veilig gehecht bent. Het geeft je een goede basis om zowel op jezelf als de wereld te vertrouwen en daar meer uit te halen. Uit onderzoek blijkt veilig gehechten stressbestendiger en gelukkiger zijn, minder psychische en lichamelijke klachten hebben, minder vaak overspel plegen, minder vaak depressief zijn, betere relaties en vriendschappen hebben en het ook nog eens beter doen op het werk. Zo’n 60 a 70 % van de kinderen is veilig gehecht.

Angstig-obsessief – Je bent waarschijnlijk angstig-obsessief gehecht als je onvoorspelbare ouders had die jou vaak aan je lot overlieten en jij niet wist waar je aan toe was. Zo’n 10 % van de kinderen voldoet aan dit hechtingspatroon. Angstig-obsessief gehechten klampen zich vaak vast aan hun partner, hebben angst verlaten te worden en zijn snel jaloers. Deze mensen hebben de neiging om alles op zichzelf te betrekken en te overdrijven als er iets tegenzit. Een partner die graag in de sportschool is kan door zo iemand onterecht worden beschuldigd niet voldoende van hem/haar te houden. Angstig-obsessief gehechten hebben soms zo veel steun en bevestiging nodig dat ze er andersom niet voor hun partner kunnen zijn als die het nodig heeft. Dat maakt de relatie vaak ongelijkwaardig en eenzijdig.

Afwijzend-vermijdend – Je bent afwijzend-vermijdend gehecht als je door afstandelijke ouders leerde je gevoelens niet te uiten omdat daar toch afwijzend op werd gereageerd. De kans bestaat dat je daardoor extra wantrouwend tegenover anderen werd en al heel vroeg moest leren op eigen benen te staan. De kans bestaat ook dat je nu weinig verwacht van de liefde, heel onafhankelijk bent en jezelf misschien wel hebt wijsgemaakt dat je helemaal geen liefde nodig hebt. Wanneer afwijzend-vermijdend gehechten een relatie hebben gaat dit vaak niet heel soepel, vooral niet voor de partner: die krijgt niet echt een gevoelsmatige band met zijn geliefde. Zo’n 20 % heeft een soortgelijk hechtingspatroon.

Angstig-vermijdend – Je kunt door afstandelijke ouders ook angstig-vermijdend gehecht raken en daardoor niet alleen je vertrouwen in anderen kwijtraken, maar ook het vertrouwen in jezelf. Zo’n 15 % van de mensen heeft daar last van. Angstig-vermijdenden kunnen intens verlangen en zoeken naar liefde, maar geloven niet dat ze het waard zijn. Deze mensen raken snel verzeild in een relatiepatroon van aantrekken en afstoten. Het zijn vaak mensen die in knipperlichtrelaties terechtkomen.

Je eigen hechtingsstijl onderzoeken is gelukkig ook geen rocket science. Jij kunt nu ter plekke bepalen tot welke categorie je hoort. Jouw gevoelsmatige antwoord op onderstaande twee vragen bepaalt min of meer welke hechtingsstijl je hebt.

1. Hoe bang ben ik dat ik verlaten word?

2. Hoe ontspannen ben ik met intimiteit?

Mensen met een slecht zelfbeeld (angstig-afwijzend en angstig-vermijdend) zijn vaak bang verlaten te worden. Als we onszelf de moeite waard vinden dan gaan we er vanuit dat ander van ons houden als die persoon ons beter leert kennen.

De tweede vraag gaat meer over hoe wij anderen zien. Hoe achterdochtiger we zijn en hoe minder we denken dat mensen te vertrouwen zijn, hoe meer we afstand zullen houden als anderen te dichtbij (willen) komen (angstig-vermijdend en afwijzend-vermijdend).

Het slechte nieuws is dat de omgangsvormen die je in je jeugd hebt geleerd nogal hardnekkig zijn. Ze zijn in zekere de basis van je persoonlijkheid geworden. Maar denk nu niet dat je jarenlang in psychoanalyse moet om de fouten en missers van je ouders te herstellen en die arme mensen met boze mails en emotionele tirades moet bestoken. Dat maakt je situatie niet beter. Het goede nieuws: onze hersenen (en daarmee onze ‘look & feel’ van de wereld) zijn ook redelijk plastisch en dus te veranderen. Hechtingsstijlen zijn geen vaststaande pilaren, ze evolueren met ons mee. De invloed van de relaties die we nu hebben verandert ook onze hechtingsstijl. De constructieve, liefdevolle omgang met anderen – vooral met veilig gehechte mensen – kan je leren hoe het anders kan. Relaties zijn besmettelijk. De relatie die jij nu hebt kan jouw angsten en neigingen versterken of dempen, in positieve en negatieve zin. Je weet intuïtief best welke relaties goed en welke slecht voor je zijn. Het is dus goed een partner te kiezen die jouw angsten en neigingen niet continu aanjaagt en versterkt.

Vechten voor een partner die gewoon niet bij je past en die jou structureel ongelukkig maakt, kan jou onzekerder en afhankelijker maken dan nodig. Realistische verwachtingen over relaties en voldoende zelfkennis (lees: weten wat jij nodig hebt en wat voor soort relatie voor jou werkt en daar eerlijk over zijn naar jezelf en de ander) maken dat je je liefdesleven opnieuw kunt leren vormgeven. Daarbij kan het nuttig zijn jezelf iets andere relatieregels te leren. Volgens schattingen slaagt 30 procent van de mensen er in de loop van het leven om zich veiliger te hechten.

Omdat jouw huidige relatieregels vaak intuïtief en automatisch verlopen is het goed om sommige ervan bewust te veranderen. Je kan – bijvoorbeeld voordat je halsoverkop weer een relatie wordt gezogen met een lastig type die er indrukwekkend uitziet – heus leren om jezelf in toom te houden. Kom er eerst achter of je bij elkaar past, of jullie matchende verwachtingen van een relatie hebben. Een andere belangrijke voorwaarde om te kijken of er meer in je relaties zit dan je er nu uithaalt is beter, efficiënter en eerlijker te communiceren. Gevoelens van vertrouwen, intimiteit en connectie worden direct en indirect geregeld door hoe jij met anderen communiceert.

De belangrijkste boodschap is niet om jou een hechtingsprobleem aan te praten en je te stimuleren om de rest van je liefdeslastige leven je ouders te vervloeken. Zeer waarschijnlijk bedoelden ze het goed, maar waren ze te onhandig en te onvolwassen om het anderste doen. Mogelijk waren zij ook het slachtoffer van een lastige jeugd en hun eigen issues. De allerbelangrijkste les is niet om jezelf of anderen te veroordelen, maar om meer begrijp te kweken voor hoe je bent geworden en jou bewuster en adequater om te leren gaan met jouw huidige verlangens en angsten. Met zelfmedelijden en wrok kom je uiteindelijk niet veel verder, met een acceptatie van jezelf en vertrouwen in een andere toekomst wel. Door iets bewuster te zijn hoe jij je huidige liefdesleven saboteert, kun je die in de toekomst op positieve manier leren veranderen.

eKudos Nu Jij

Vrouwen vaker biseksueel dan mannen

Vrouwen blijken drie keer zo vaak biseksueel te zijn dan mannen. Dat laat althans een grootschalig Amerikaans onderzoek onder zo’n 10.000 respondenten zien. De voor de hand liggende verklaring is dat vrouwen flexibeler in hun seksualiteit lijken te zijn. Mannen zijn vaker dan vrouwen overtuigd van hun seksuele geaardheid, of zij nu hetero of homo zijn. Vaak weten ze al op jonge leeftijd wat ze zijn. Vrouwen ontwikkelen vaker romantische en seksuele gevoelens op basis van het hoe het contact met iemand zich ontwikkelt, of diegene nu een man of vrouw is. De seksuele focus van vrouwen lijkt het vaakst te veranderen tussen hun 22e en 28e levensjaar – in de tijd dat ze het meest experimenteren met liefde en seks. Ook lijkt het erop dat biseksualiteit iets vaker voorkomt bij vrouwen die minder populair zijn bij mannen. Hoe minder romantische kansen zij bij het andere geslacht hebben, hoe vaker ze openstaan voor lesbische relaties. Hoogopgeleide, aantrekkelijke vrouwen daarentegen lijken iets zekerder over hun heteroseksualiteit. Die correlatie geldt niet bij mannen: aantrekkelijkheid heeft geen invloed op hun seksuele geaardheid. Mannen voelen zich minder vaak aangetrokken tot beide geslachten, zelfs als ze slechter in de markt liggen bij vrouwen. Hoogopgeleide mannen blijken zichzelf wel iets minder vaak als 100 procent hetero te classificeren.

“Dit onderzoek wijst erop dat vrouwelijke seksualiteit meer flexibel is en meer aanpassingsvermogen heeft”, concludeerde onderzoeker Elizabeth McClintock, sociologieprofessor aan de University of Notre Dame in de Verenigde Staten.

Bron: The Telegraph

Meer lezen over partnerkeuze: Wie eindigt met wie?

eKudos Nu Jij

Liegen binnen relaties: mag dat?

Deskundigen schatten dat we in 10 tot 30 procent van onze communicatie bewust de waarheid verdraaien. De redenen daarvoor liggen voor de hand: pleasen, schaamte voorkomen, fouten verhullen, voordeeltjes halen of confrontaties vermijden. De verleiding om te liegen ligt altijd op de loer. Omdat we onszelf graag als ‘eerlijk en aardig’ zien, praten we onze oneerlijkheid meestal goed. ‘Ach, als de ander er niet achter komt, wie doen we er dan eigenlijk kwaad mee?’ Laten we ons eens eerlijk afvragen of dat écht zo is.

Mijn definitie van liegen: je liegt wanneer je bewust anderen misleidt op het moment dat zij eerlijkheid verwachten. Dat doe je wanneer je probeert een ander iets te laten denken, waarvan jij weet dat het niet waar is. Daar horen leugentjes om bestwil dus ook bij.

Natuurlijk kun je tegelijkertijd eerlijk zijn en er toch volkomen naast zitten. Je kunt jezelf voor de gek houden en daarmee ook anderen, terwijl je wel nobel bent in je streven. Het gaat om de intentie die je erbij hebt. Je bent eerlijk als je naar beste wil de inhoud van wat jij gelooft representatief probeert over te brengen. Dat hoeft uiteraard niet volledig, door een oneindige stroom aan openhartigheid en details over de ander uit te storten, maar je weet heus wanneer de ander informatie van jou verwacht die jij verzaakt te geven. Dit zijn de signalen:

1. Je geweten begint te knagen (als je tenminste geen psychopathische inslag hebt).
2. Je moet moeite doen om die onwaarheid – nu en in de toekomst – te onthouden en te beschermen tegen ontmaskering.

Zelfs met deze definitie blijft de grens tussen leugen en eerlijkheid vaag. Sommige misleiding bestaat uit geslijm of veelzeggende stiltes, andere uit verscheurde documenten en hele complotten waarin ook andere kennissen en vrienden betrokken zijn. Niet zeggen wat je weet kan net zulke nare gevolgen hebben als actief de werkelijkheid verdraaien. Je kunt trouwens ook de waarheid gebruiken om te misleiden. Daar heb ik me zelf ook schuldig aan gemaakt. Dat ging vaak zo:

De ander: ‘Hee, waarom was je niet op mijn afscheid? Je zou komen?’
Ik: ‘Het was een rare week, veel werken, en toen werd ik nog ziek ook!’

En wat ik zei klopte feitelijk, maar het heeft allebei niets te maken met waarom ik er niet was: ik had gewoon geen zin en was níét ziek op de dag van het afscheidsfeest zelf.

Eerlijk zijn voelt goed
Uit onderzoek blijkt ondubbelzinnig dat zelfs de grootste leugenaars uitwisselingen van eerlijkheid meer waarderen dan communicatie waarin ze de boel verdraaien. En dat is niet meer dan logisch. Een echte band bestaat bij de gratie van wederzijds vertrouwen en transparantie. Dat geeft een uitermate goed gevoel, meetbaar in de hersenen als het hormoon oxytocine. Liegen saboteert dit gevoel en rooft energie: je bouwt een figuurlijke muur tussen jou en de ander. In veel gevallen eentje die om onderhoud en versterking vraagt, en dus om een goed geheugen. Zelfs de meest onschuldige leugen (‘Leuk zo’n lezing.’) vraagt vaak om een vervolgleugen (‘Oh, of ik volgende week mee ga? Dan kan ik toevallig niet. Volgende keer misschien.’).

Na een paar nare ervaringen en het lezen van het boek Lying van Sam Harris ben ik om. Liegen binnen intieme relaties maakt ons (liefdes)leven zelden beter. Zelfs de leugentjes om bestwil kun je vaak beter achterwege laten. In zijn boek staan tal van voorbeelden over de effecten van kleine en grote leugens. Zijn conclusie na het bestuderen van het onderwerp: de waarheid is altijd beter, tenzij er een SS’er voor je deur staat en jij Anne Frank voor hem verborgen houdt.

Liegen compliceert ons leven onnodig, het vergiftigt intieme relaties met wantrouwen en we beroven de ander van de mogelijkheid om gepaste actie te ondernemen op wat wij (stiekem wel) als de werkelijkheid zien. Daarbij zijn het de kleine, onschuldige leugentjes die leiden tot het grotere bedrog en onhoudbare dubbellevens.

Kleine leugentjes plaveien de weg voor het grote bedrog
Veel mensen durven niet eerlijk te zijn tegen hun partner omdat de waarheid soms écht pijnlijk en lelijk is. Niemand hoeft ze te vertellen wanneer dat zo is:

Regelmatig vreemdgaan met een collega
Gokverslaafd zijn zonder dat de partner het weet
Stiekem grote schulden maken

Deze categorie leugens laat doorschijnen hoe egoïstisch iemand bezig is. Dit zijn de leugens waarbij iemand de eigen verlangens of belangen boven die van de partner stelt. Eerlijkheid hierover brengt de relatie terecht in gevaar. Er bestaat een grote kans dat de relatie voorbij is als de partner erachter komt. Hoe erg het uiteindelijke resultaat soms ook is, in de praktijk zijn grote leugens en dubbellevens het resultaat van een simpele vuistregel die iemand zichzelf ooit heeft aangepraat: ‘Ach, wat niet weet, wat niet deert, zo erg is het niet als ik …’

Het gevaar van het toestaan van kleine leugentjes is de glijdende schaal waar ze zich op bevinden. Dubbellevens, verslavingen en grove leugens krijgen vaak vrij spel om in alle rust tot een monster uit te groeien, puur omdat niemand ervan op de hoogte was. Iemand die met zichzelf heeft afgesproken eerlijk te zijn, kan zijn leven niet op zo’n manier laten ontsporen. Als je je zoveel mogelijk aan de werkelijkheid houdt, hoef je niks te onthouden. Leugens daarentegen, hoe klein ze ook zijn, moet je keer op keer tegen ontmaskering beschermen. Daarom groeien ze.

‘En, vond je mijn workshop goed? ’
‘Euh, ja super. Mensen waren erg tevreden, hoorde ik.’
‘Ah top, dankjewel. Zeg, kun je mij aan jouw connectie X aanbevelen en een ontmoeting regelen?’
‘Uhm, ja,… ik zal eens denken of ik uh… tuurlijk.’
‘Super, ik mail je nog.’

Ik ben, net als veel mensen, conflictvermijdend van aard. Een pleaser. Ook in intieme relaties. Dat heeft – achteraf gezien – voor onnodige drama’s, teleurstellingen en misverstanden gezorgd. Ik heb daarom weer veel situaties vermeden en kansen gemist puur omdat ik het heel lastig vond om anderen en mezelf in een ingewikkelde situatie te brengen. Dat veranderde tot ik leerde dat:

– Je ongemakkelijke en gênante waarheden op een verteerbare manier kunt brengen (zonder te liegen).
– Eerlijk zijn, ook als het op de korte termijn strijd geeft, op de lange termijn zuiverend werkt op je relaties en leven.
– Andere mensen vaak meer op je lijken (en je beter begrijpen) dan je van tevoren vermoedt.

Vooral dat laatste inzicht is makkelijk te missen: als jij jouw beweegredenen verstopt, blijven die van de ander vaak ook voor jou verborgen. Intimiteit en vertrouwen vragen om wederkerigheid. Mensen spiegelen elkaar daarin. Als jij open en kwetsbaar bent, is het uitnodigender voor de ander dat ook te doen. Relaties worden oppervlakkiger door je gevoelens, wensen en angsten niet te bespreken. Intimiteit, eerlijkheid en kwetsbaarheid hebben veel met elkaar te maken.

Het gevaar van de valse belofte: de eerste zonde
Leugentjes om bestwil worden door de meeste mensen geaccepteerd en zelfs gepropageerd. We gaan ervan uit dat de waarheid vaak onnodig pijnlijk is en dat we de ander daarmee niet zouden moeten kwetsen. Zelfs als we weten dat die ander daar veel aan zou kunnen hebben. Veel mensen willen geen spelbreker zijn en zeggen iets waarvan ze denken dat de ander (of de situatie) van ze verwacht. Kleine valse beloften bijvoorbeeld hebben de schijn van een afspraak, maar dat zijn het niet. Vaak zit er al een ontsnappingsmogelijkheid in. Ze klinken vaak zoiets:

‘Ja, laten we snel een weekendje samen plannen, we hebben het er nog over.’
‘Kleine kans dat ik zaterdag al iets heb, maar anders ben ik er natuurlijk gewoon bij.’

Het gevaar van de kleine valse belofte is dat het zo makkelijk is. Je zegt gewoon wat de ander nú wil horen. Op die manier geef je de ander een goed gevoel, een bevestiging van de continuïteit van jullie band en je wordt er zelden direct en helemaal op afgerekend als je het uiteindelijk niet nakomt. Je komt er bijna altijd mee weg zonder direct aan gezichtsverlies te lijden, en er is genoeg tijd om het de volgende keer wel goed te doen. In de praktijk kan de kleine valse belofte echter een lege gewoonte worden waarmee je het vertrouwen beschadigt. Langzaam maar zeker vergiftig je de band met toenemende irritatie en ergernis. Kleine valse beloften laten de ander zien dat je eigenlijk onberekenbaar bent: ofwel je hebt weinig zelfkennis ofwel je woorden hebben weinig betekenis.

De oplossing is simpel, maar vergt waarschijnlijk wel wat oefening: Pas je gedrag aan de inhoud van je woorden aan, of je woorden aan je gedrag. Woorden en daden laten overeenkomen kan best lastig zijn: ‘Nee’ zeggen tegen afspraken of ‘vrienden’ waar je geen zin in hebt, kan uiteindelijk maken dat bepaalde mensen en rituelen voorgoed uit je leven verdwijnen. Misschien kom je erachter dat je veel dingen tegen je zin doet, puur om anderen te behagen. Wie precies help je daarmee?

Heldere en realistische afspraken maken en die nakomen is goed voor het creëren van vertrouwen en goede relaties. Mensen die afspraken te weinig naleven, worden als incompetenter of ongeïnteresseerder gezien. Wees daarom zuinig met al te royale beloften en makkelijke toezeggingen. Zelfs als mensen denken dat je het goed bedoelt, krijgen ze toch het gevoel niet van jou op aan te kunnen.

Leugentje om bestwil: wiens bestwil precies?
In sommige situaties gaan we ervan uit dat de werkelijkheid écht verborgen moet blijven. Bijvoorbeeld als je geliefde vraagt: ‘Vind je mij te dik in deze jurk?’ De meeste partners horen daar een commando in: ‘Zeg me dat je me aantrekkelijk vindt en van me houdt.’ Het is altijd goed om tussen de regels te lezen wat iemand nou precies vraagt, maar de angst om iemand te zeggen wat je vindt is vaak ongegrond. Vooral wanneer iemand écht om jouw feedback vraagt, faal je door niet te zeggen wat je vindt.

Harris komt in zijn boek met een voorbeeld: Hij zat ooit met een goede vriend bij diens zwembad toen deze hem vroeg: ‘Zeg eerlijk, vind je mij dik?’ De vriend – waarschijnlijk op zoek naar geruststelling – kreeg van hem te horen: ‘Nou ja, niemand zal jou nawijzen in de trant van: gut, moet je die dikzak nou eens zien, maar als ik jou was zou ik zo’n tien kilo’s willen afvallen.’ De meeste mensen zouden zich er met een leugentje om bestwil van af hebben gemaakt: ‘Nee joh, maak je geen zorgen om een beetje babyvet. Je ziet er prima uit.’ Daarmee was de kous waarschijnlijk af geweest. In dit geval gebeurde er iets anders. De vriend was het met Sam eens en besloot ter plekke om iets aan zijn overgewicht te doen. Een paar maanden later was hij op zijn oude gewicht. Er was zo’n twaalf kilo af. Zowel de vriend als Sam hadden voor het gesprek niet kunnen bedenken wat het gevolg van deze eerlijkheid zou zijn. Veel mensen vinden dit soort eerlijkheid moralistisch, betuttelend en zelfs arrogant.

‘Wie ben ik nou om te zeggen dat mijn vriend te dik is?’
‘Wie ben ik nou om te zeggen dat ik het toneelstuk van mijn vriendin niet mooi vindt?’
‘Wie ben ik om te zeggen dat ze maar beter een andere partner kan vinden?’

Je kunt deze vragen natuurlijk prima omdraaien: wie ben jij als vertrouweling om het níét te zeggen? En hoe zou jij het vinden als jij eerlijke feedback wilt op jezelf of je prestaties. Heb jij – als je er echt bij stil staat – liever valse geruststelling of eerlijke feedback? Door te liegen ontneem je anderen een waardevolle kans iets te leren en hun situatie te verbeteren. Eerlijk zeggen wat je vindt, betekent uiteraard niet dat jij de waarheid in pacht hebt, maar wel dat je de ander jouw kijk op de zaak geeft. Als jij denkt dat iemand beter af is door jouw versie van de werkelijkheid te kennen dan hebben jullie uiteindelijk hetzelfde doel: het verbeteren van andermans leven.

Maak onderscheid tussen mening en objectieve werkelijkheid
‘Eerlijk zijn’ is niet synoniem voor ‘de moralist uithangen’. Het gaat er natuurlijk níét om te pas en te onpas je intimi ongevraagd advies te geven en hen rot te laten voelen. Een beetje zelfcensuur en nadenken over wat de kern van jouw waarheid is en hoe je die het best kunt brengen, hoort daarbij. Er zijn verschillende manieren om dezelfde waarheid te brengen en ze zijn niet allemaal even goed of nuttig. In de meeste situaties is er een waarheid te vinden die jullie bindt in plaats van uit elkaar drijft. Als het gaat om je partner dan is de achterliggende waarheid dat je van hem/haar houdt en ofwel jullie relatie wilt verbeteren ofwel de ander (uiteindelijk) gelukkiger en succesvoller te zien. En als dat niet zo is, dan zit je waarschijnlijk in de verkeerde relatie.

Pas daarbij op ‘jouw subjectieve mening’ niet te verwarren met ‘objectieve werkelijkheid’. Mensen die hun waarheid als ‘de enige waarheid’ zien en het daarom graag opdringen aan anderen zijn vaak wel eerlijk, maar vergeten vaak dat die werkelijkheid in veel gevallen nogal relatief is. Eerlijkheid klinkt vaker als ‘Ik weet het niet’ dan ‘Ik weet precies hoe het zit.’

Let op het verschil tussen onderstaande uitspraken:

1. ‘Ik vind je speech nu nogal technisch en daardoor minder inspirerend dan zou kunnen… ik zou er denk ik wat persoonlijke anekdotes aan toevoegen.’

2. ‘Nee sorry, je verhaal heeft écht geen flow. Hou maar op, het is saai.’

‘Gezonde eerlijkheid’ is verwoorden wat je denkt, voelt en zou willen, niet het opdringen van jouw wereldbeeld als waarheid. Het eerste begint vaak als ‘ik vind…’, het tweede als ‘het is…’. Dat laatste lijdt tot problemen in relaties. Nergens zie je dat zo duidelijk als in relatietherapie. Vaak is er een van de twee partners die stellig meent te weten wat goed voor de ander is: ‘Mijn vrouw zou meer moeten sporten en minder tv moeten kijken. Ook het dagelijkse wijntje zou ze moeten laten staan. Ze geeft een slecht voorbeeld aan onze dochter.’ Hoewel zijn opmerking misschien aannemelijk klinkt en bovendien goed bedoeld is, is het niks meer dan zijn subjectieve mening. Eentje die hun relatie geen goed doet. Zou zijn vrouw meer moeten sporten? Zouden zowel zijn vrouw als dochter niet zelf weten wat goed voor hun is? Is de fietstocht naar haar werk en haar werk als bloemist niet sportief genoeg? Is tv-kijken eigenlijk wel zo slecht? En een wijntje?

Over de antwoorden op al deze vragen kun je van mening verschillen, maar geen enkele mening is de allerhoogste werkelijkheid. Veel relaties zijn een ware hel door dit soort mening-versus-feit-misverstanden. Eerlijkheid in dit geval is dat de man graag wil dat zijn vriendin hem serieus neemt en naar zijn argumenten luistert. Dat is de achterliggende werkelijkheid. Door stellig en betweterig te zijn, bereikt hij juist het tegenovergestelde. Hij kan beter iets zeggen als: ‘Ik ben bezorgd over je gezondheid en het effect wat je op onze dochter hebt.’ Op die manier ontstaat er eerder een eerlijke, gelijkwaardige dialoog.

Verstoppertje spelen: wie ben je eigenlijk?
Mensen die veel liegen zijn zelden slechte of gemene mensen. Het zijn juist vaak lieve, conflictvermijdende mensen die ooit misschien goede redenen hadden om systematisch te liegen. Ik denk bijvoorbeeld aan een homoseksuele cliënt die uit angst voor zijn streng religieuze ouders van jongs af aan had geleerd om de essentiële dingen over zichzelf totaal te verzwijgen. Rond zijn vijfentwintigste was zijn leven een totale leugen – verloofd met een vrouw, werkend in een baan waar hij niet thuishoorde, ontspanning vindend in darkrooms. Verstoppertje spelen was een levensstijl voor hem geworden. Op een gegeven moment had hij ondanks de verloving met een vrouw een stiekeme affaire met zijn mannelijke collega, die hij ook weer bedroog met andere mannen. Zijn leven was een zootje. Het kaartenhuis stortte in toen de collega – de man waarvan hij echt hield – erachter kwam en hun relatie verbrak. Pas toen is hij hulp gaan zoeken om zijn leven op de rails te zetten. De meeste mensen hoeven gelukkig niet uit zo’n diepe, donkere kast te kruipen, maar er zijn veel mensen die zichzelf onnodig verstoppen in hun relaties. De meeste partners doen geen dingen die het daglicht niet verdragen, maar ze laten belangrijke verlangens en behoeften in hun relatie onbesproken.

Als liegen eenmaal een gewoonte is geworden, ben je jezelf aan het verstoppen. En dat is, als je het maar bij voldoende mensen doet, een goed recept om eenzaam, onbegrepen en ongelukkig te worden. Het wordt bovendien lastig een coherent zelfbeeld te hebben: je gedraagt je anders in het bijzijn van anderen dan hoe je echt bent. Dat is verwarrend. De ander reageert niet op jou, maar op een versie die jij van jezelf laat zien. Echte leugenaars hebben vaak problemen met hun identiteit: ze weten eenvoudigweg niet meer wie ze nou echt zijn. Hoe minder maskers je hebt, hoe makkelijker en transparanter je leven daardoor wordt. Mensen weten wat ze aan je hebben en jij weet sneller wat jij aan anderen hebt.

Toegegeven, deze transparantie is niet altijd eenvoudig. Bijvoorbeeld: homoseksueel of atheïst zijn in een gezin of cultuur waarin dat wordt afgekeurd, is een stuk lastiger dan wanneer de omgeving meer progressief is. Je seksuele wensen uiten is lastig als je weet dat jouw partner daarvan walgt. Enzovoorts. Hoe meer jouw meningen, verlangens en slaapkamergedrag overeenkomen met wat in jouw (sub)cultuur, familie, relatie of vriendenclub algemeen aanvaard is, hoe makkelijker het is om daarover eerlijk te zijn.

Als we een andere mening hebben dan de rest, dan zullen we onbewust proberen gemeenschappelijke grond te vinden met de heersende opinie. Genoeg groepsdruk (en cognitieve dissonantiereductie) kunnen zelfs de meest onafhankelijke individuen tot een modelburger maken. Meedoen is vaak meer belonend en een stuk eenvoudiger dan rebelleren. Maar lang niet altijd zaligmakend. De ‘moeilijke’ weg kiezen is meestal een bevrijding. Iemand die echter te weinig ruggengraat heeft ontwikkeld om af en toe te zeggen wat hij écht vindt, mist waarschijnlijk iets heel essentieels in zijn leven: een band met anderen. En dat gebrek aan connectie zie je helaas ook in veel liefdesrelaties terug.

Liegen kan verhullen dat je in de verkeerde relatie zit
Goede relaties zijn vaak gelijkwaardig. Die gelijkwaardigheid blijkt vaak uit een simpele graadmeter: eerlijkheid. Hoe eerlijker je tegen elkaar kunt zijn en hoe meer jullie daardoor jezelf kunnen zijn, hoe langer jullie het waarschijnlijk met elkaar uithouden. Eerlijkheid zorgt dat de relatie niet scheefgroeit en dat misverstanden worden gecorrigeerd. Het werkt als een spiegel. Als jij belangrijke menings- en behoefteverschillen onbesproken laat om ongemak te voorkomen, saboteer je – vooral op de lange termijn – je relatiegeluk. Terwijl de relatie steeds meer op gewoonte en routine vaart, zal jij onderwijl steeds ontevredener worden en misschien zelfs stiekem toch doen waar je behoefte aan hebt en niet doen waar de ander behoefte aan heeft. En daar moet je in toenemende mate voor liegen. In een liefdesrelatie kan dat zijn: vreemdgaan; hoofdpijn veinzen om maar geen seks te hebben, liegen om minder thuis te hoeven zijn, enzovoorts.

Door je toevlucht te nemen tot de leugen, word je misschien niet direct geconfronteerd met het feit dat dat je in een onvruchtbare relatie zit, maar je geeft je relatie ook geen kans om uit te bloeien tot iets moois. Eerlijk zijn – zowel tegen jezelf als de ander – is de beste manier om uit te vinden of je überhaupt in de juiste relatie zit.

eKudos Nu Jij

Veel voorkomende communicatievalkuilen tussen partners


Sinds de mens taal heeft ontwikkeld is zijn positie op de hiërarchie van de evolutieladder onbetwist. Door met elkaar te praten kunnen we beter samenwerken en onszelf op grote schaal organiseren. Het gemiddelde dier heeft slechts wat klanken en gebaren tot zijn beschikking om zijn toehoorders iets duidelijk te maken. Dat gebrek aan duidelijkheid en nuance moet hij compenseren door weg te rennen of aan te vallen.

Maar, hoewel taal een hoop kan verduidelijken, verwart het net zo goed. We gebruiken taal ook om te verhullen wat we echt vinden. Liegen, slijmen, goedpraten, allemaal producten van de taal.

Daarnaast heeft taal ook onbedoelde bijeffecten. Ze creëert namelijk haar eigen werkelijkheden. Zo hebben we hebben bijna overal wel een woord voor, maar we vergeten vaak dat veel van die woorden niet een concreet ding beschrijven dat je in de werkelijkheid kunt aanwijzen. Ze bestaan alleen omdat we er een woord voor hebben verzonnen. Veel woorden zijn containerbegrippen die iedereen op zijn eigen manier kan invullen of interpreteren. Een woord als ‘liefde’ is er ook zo één. Voor iedereen betekent het – door cultuur, ervaring en verschillende biologische behoeften – net iets anders. Voor de een is het een seksuele obsessie die meer lijkt op een verslaving dan genegenheid, voor een ander de wens om voor anderen te zorgen, voor weer een ander is het vooral een gelijkwaardige vriendschap waarbij je meest intieme gedachten met elkaar deelt.

Het schijnt dat de meeste mensen zo’n zestigduizend woorden in hun vocabulaire hebben en die gebruiken ze, bij nadere beschouwing, vaak op een nogal willekeurige, slordige, dwingende of indirecte manier. Elke relatietherapeut zal dat beamen. Partners raken geregeld geïrriteerd of teleurgesteld omdat hun metgezel maar niet ‘wil’ begrijpen wat voor hen zo vanzelfsprekend is. Hieronder nemen we twee veel voorkomende valkuilen onder de loep, maar eerst geef ik je de twee belangrijkste adviezen voor een vruchtbare communicatie.

De belangrijkste twee vragen die je in al je interacties als leidraad kunt nemen:

1. Welk gedrag wil ik uiteindelijk oproepen?
2. Hoe communiceer ik zo dat de kans dat dit gebeurt zo groot mogelijk is?

Over het algemeen probeer je elkaar te begrijpen of iets te laten doen of ervaren. Er zijn verschillende manieren om dat te doen. Als je graag een glimlach op het gezicht van je partner ziet, dan kun je beter zelf wat vaker glimlachen of iets grappig vertellen dan er direct om vragen. De vraag ‘kun je eens lachen?’ werkt meestal nogal averechts. Probeer maar eens.

Effectief communiceren is meer dan het aanleren van regeltjes. Het vraagt om aandacht en nieuwsgierigheid. Aandacht voor wat je zelf voelt en wilt. Aandacht voor je woorden, toon en gebaren. Aandacht voor de reacties van de ander. Soms zijn minimale (non-verbale) signalen al genoeg om een betekenisvolle communicatie op gang te houden. Een liefdevol tikje op de schouder om te laten zien dat je er voor iemand bent. Aandachtige stilte en een luisterend oor in plaats van je goedbedoelde advies er doorheen willen drukken. Of juist een blik op je horloge om te laten zien dat de tijd dringt en dat de ander maar eens ter zake moet komen.

In andere gevallen is er meer nodig om tot elkaar te komen: een goede verklaring waarom je de afspraak vergeten bent. Een oprecht excuus nadat je bent betrapt op een leugen. Een goed verhaal om de ander te overtuigen jou geld te helpen. Een eerlijke confrontatie over iets wat jou in de relatie stoort.

Zowel subtiele als directe communicatie kan om verschillende redenen lastig zijn. En niet iedereen is behept met voldoende inlevingsvermogen en sociale vaardigheden. Veel partners bedoelen niets dan goeds en toch komt dat bekaaid hun mond uit. Ik ken mensen die een compliment kunnen laten klinken als een belediging. ‘Je ben toch een stuk minder dom dan ik dacht.’

Gelukkig is de oorzaak van communicatieve misverstanden vaker een gebrek aan oefening dan iets anders. Een beetje meer moeite, helderheid en eerlijkheid in je communicatie kan wonderen doen. Vooral in liefdesrelaties waarin we nogal veel van elkaar verwachten is het nuttig om je communicatie te scherpen. Veel partners zwijgen of liegen liever dan dat ze de moed verzamelen om aan te geven waar ze écht behoefte aan hebben. Deze ‘luiheid’ voorkomt strijd op de korte termijn, maar brengt veel partners op de lange termijn in de problemen.

Hoe vager en indirecter de communicatie, hoe meer speling en ruimte er is voor misverstanden en groeiende onvrede. Soms is het geen luiheid of angst voor confrontatie, maar is er een blinde vlek aan het werk. Veel mensen gaan er vanuit dat hun partner zou moeten snappen waar zij behoefte aan hebben. ‘Dat klinkt vaak zo: ‘Ze zou toch moeten voelen dat ik nu even alleen moet worden gelaten.’ ‘Hij snapt het heus wel als ik later kom en het avondeten skip.’ Zij raden de gedachten of stemmingen van hun partner zonder deze eerst te checken. Dit ‘gokken’ is een veel gebruikte en vaak slechte communicatiestrategie.

Veel partners worden achteraf boos op hun geliefde zonder deze überhaupt een eerlijke kans te hebben gegeven. Ze doen mopperend klusjes die hun partner had moeten doen. Ze verwachten romantische acties die de ander niet in zijn repertoire heeft. Door het er niet over te hebben, nemen de ergernissen en misverstanden alleen maar toe. En door je vervolgens alleen maar te richten op wat er niet goed gaat bevestig je al snel dat dát inderdaad zo is. Je creëert niet de geschikte voorwaarden voor een positieve interactiespiraal. Zelfs als je partner daar verder best voor open zou staan.

Wat wil ik? Wat wil jij?
De kern van veel relatieproblemen: veel partners waarderen de dingen die hun geliefde voor hen doet anders dan hoe hun geliefde ze bedoeld heeft. Als Piet de lekke fietsband repareert van Petra en als extra het wasrek meepakt, doet hij misschien moeite die hij niet gewaardeerd ziet. Die fiets interesseert Petra misschien niet zo, ze neemt de bus wel. Zij heeft liever dat hij echt luistert als ze ergens mee zit zonder te reageren met een dooddoener, opmerkt dat ze naar de kapper is geweest of vraagt naar haar functioneringsgesprek. Persoonlijke aandacht dus. Veel mensen denken hun partner kennen, terwijl dit vaak niet zo is.

Een van de grootste eye-openers die ik in mijn wetenschappelijke zoektocht naar duurzame liefde vond, betreft een opmerkelijk Zwitsers onderzoek. Daaruit bleek dat hoe langer partners bij elkaar zijn, hoe minder goed ze elkaar blijken te kennen. In het onderzoek moesten oude en jonge stelletjes hun kennis over elkaar testen. Ze moesten vragen beantwoorden als ‘is je partner tevreden met de relatie?’ tot ‘wat is het lievelingseten van je partner?’ Paradoxaal genoeg hadden jonge stelletjes het vaker bij het juiste eind. Hoe dat kan? Elkaar kennen is geen kwestie van tijd, maar van aandacht.

Oude stellen denken dat ze elkaar beter kennen, maar ze verwarren voorspelbare reacties van hun partner (‘hij knikt weer zijn hoofd’) met wat ze denken dat er in diens hoofd omgaat (‘hij zal wel weer denken dat…’). Oude stellen checken het minder bij elkaar en gaan er ten onrechte van uit dat ze partnerlief door en door kennen. Een voorspelbare relatie hebben betekent niet dat je elkaars binnenwereld per se goed kent. Een relatie kan steeds meer en meer op routine en vanzelfsprekendheid draaien, terwijl er in beide hoofden misschien wel heel andere binnenwerelden aan het ontstaan zijn. Dat verklaart ook meelijwekkende verzuchtingen als: ‘Alles ging goed tussen ons, maar toch ging die eikel (M/V) vreemd en maakte ze het uit.’

Om elkaar te kennen moet je in het hier en nu je voor elkaar blijven interesseren en vragen stellen om met elkaar in tune te blijven. Zowel jij als je partner veranderen. Het leven verandert. Alles verandert. Dat vraagt om aandacht voor wat er nu tussen jullie speelt (zonder te blijven hangen in wat er in het verleden is gezegd en gedaan.)

Een eerste stap is daarom om – per situatie – stil te staan bij wat je concreet van je partner verwacht (in specifieke situaties) en erachter te komen wat je partner precies van jou verwacht. Dit lijkt simpel, maar in de praktijk blijken mensen veel beter te weten wat ze níét willen. En dat geeft een heel ander eindresultaat.

Maak daarom regelmatig jullie verwachtingen over elkaar concreet.

Een relatie is geen contract, het is een levend ding. Zie de relatie (en je partner) niet als iets vanzelfsprekends, zoals een huis- of arbeidscontract, en zorg dat er tussen jullie een sfeer is waarin het natuurlijk is om elkaars binnenwerelden te blijven herontdekken en prikkelen. Toegegeven, dat is niet met iedere partner even makkelijk. We verschillen allemaal in de mate waarin we onze gedachten en gevoelens willen delen. Voor extraverten is die transparantie een standaardneiging, terwijl introverten spaarzamer zijn.

Hoe verschillend jullie karakters ook zijn, als je weet wat je concreet van je partner kunt verwachten en andersom, dan hebben jullie daarmee een waardevolle gebruiksaanwijzing voor de relatie in handen. Het betekent niet dat jullie die verzoeken van elkaar moeten inwilligen, maar je weet nu wel waar de echte issues en verschillen tussen jullie zitten, en waar je wel en niet aan kan of wil voldoen. Dat kan een hoop misverstanden, strijd en onnodige irritatie besparen.

In de praktijk vinden partners het vaak onnatuurlijk om te onderzoeken en te ‘onderhandelen’ over wat ze van elkaar willen. ‘Het zou vanzelf moeten gaan’ is daar vaak de impliciete gedachte erachter. Veel mensen vinden het nogal kunstmatig om preciezer te communiceren dan ze gewend zijn, maar het is vaak de belangrijkste eerste stap voor het verbeteren van verschillende aspecten van hun liefdesleven. We maken hier een beginnetje. Twee valkuilen die je vanaf nu maar beter kunt vermijden:

Lees geen gedachten
In de omgang met anderen worden we gedwongen elkaars gedrag te interpreteren. Gedachtenlezen (zonder te checken of het klopt) is een vorm van te snel conclusies trekken. Het is een projectie van je eigen ideeën, en die stroken lang niet altijd met de werkelijkheid. Ook partners die elkaar al jaren kennen komen soms tot conclusies die niet overeenkomen. ‘Oei, ze vindt me vast een vaatdoek sinds ik niet meer sport. Nu al drie weken geen seks meer gehad.’ Zij ondertussen kan denken: ‘Nou, hij doet afstandelijk de laatste tijd. Zo heb ik er geen zin in hoor.’ Uit beleefdheid, gewoonte of ongemakkelijkheid checken we soms niet wat ons dwarszit. Vaak wordt die onvrede vertaald in stekende verwijten die het echte issue onbesproken laten en de partner in het ongewisse laten. ‘Ik ga naar het café, de gezelligheid is hier ver te zoeken.’

Aldus gaan veel mensen door het leven met allerlei vermoedens en vooroordelen over elkaar die nooit eens goed gecheckt of uitgepraat worden (en die hun eigen leven beginnen te leiden).

En zelfs al heb je het vaak bij het juiste eind en ben je gezegend met buitengewoon veel mensenkennis: het zorgt sowieso niet voor een goede sfeer door te doen alsof je beter weet wat je partner voelt en denkt dan hem/haarzelf. Vooral als je partner jouw ‘telepathische krachten’ niet van je wil aannemen, doe je er goed aan je partner in zijn/haar waarde te laten. Gedachtenlezen kan de sfeer nogal verpesten:

‘Oh gut, er is weer iemand chagrijnig.’
‘Valt mee. Gewoon een zware dag op het werk. Ik ben moe.’
‘Ach man, ik ken je toch. Ben je nou nog steeds boos omdat ik je vroeg mijn moeder op te halen.’
‘Waar heb je het over? Mens ik ben moe.’
‘Ik ben dat chagrijnige gedoe van jou meer dan zat hoor. En ook nog ontkennen, zeker.’

Het is altijd beter voor de sfeer om je partner serieus te nemen:

‘Oh jee, je ziet er niet vrolijk uit. Chagrijnig?’
‘Valt wel mee. Gewoon een zware dag op het werk. Dat komt zo wel goed.’
‘Oh vervelend, was het niet leuk op je werk dan?’
‘Misschien dat ik er zo over wil praten. Eerst koffie drinken?’
‘Ik zet wel even.’

Wees concreet als je ergens behoefte aan hebt
Mensen zeggen vaak in vage bewoordingen wat ze van elkaar missen. Dat klinkt dan ongeveer zo:

‘Neem me nou eens serieus.’
‘Ik wil dat je er vaker voor me bent.’
‘Ik wil graag meer quality time.’
‘Ik voel me niet bijzonder bij jou.’

Zonder dit soort uitingen te specificeren weet je als partner natuurlijk niet wat de ander er precies mee bedoelt. Om dit te weten moet je doorvragen totdat het concreet wordt. Als twee partners dezelfde woorden gebruiken betekent het lang niet altijd dat die mensen ook hetzelfde bedoelen. Hebben jullie het wel over hetzelfde? Wat bedoelt je partner eigenlijk met liefhebben, eerlijk zijn, snel afspreken, serieus genomen worden, een opgeruimd huis, enzovoorts? Hoe ziet dat er in de praktijk uit? Neem een opgeruimd huis: is dat een keer per week schoonmaken? Of drie keer? Misschien ziet je partner dat anders dan jij. Daar moet je dus achter komen, voordat je de ander allerlei verwijten naar het hoofd slingert als: ‘Je bent een vieze smeerpoets.’

Ander voorbeeld. Zie jij wat hieronder misgaat?

Zij (teleurgesteld): ‘Ik vind het gewoon belangrijk dat je er voor elkaar bent.’
‘Ja ja, dat vind ik toch ook.’
‘Nou daar zie ik helemaal niks van.’
‘Wat een onzin, ik ben er toch voor je als het nodig is. Weet je toch?’
‘Waar was je gisteren toen ik het zo moeilijk had op mijn werk?’
‘Ik was gewoon bezig in het magazijn met Cees, ik kan toch niet zomaar weggaan?’
‘Je bent er dus gewoon niet voor me als het écht nodig is.’
‘Wel waar, ik wist niet dat je het zo zwaar had.’
‘Je weet toch hoe belangrijk die nieuwe baan voor me is en dat ik niet kan opschieten met die klotebaas.’
‘Ja, dat weet ik wel, ik heb je laatst nog meegenomen naar Carré, omdat ik vond dat je wat ontspanning nodig had.’
‘Ja, maar dat is gewoon omdat jij het zelf leuk vindt, dat heeft niks met mij te maken.’
‘Hoezo? Zó leuk vind ik Herman van Veen echt niet.’
En. Zo. Eindeloos. Voorts.

In dit voorbeeld is het voor beiden onduidelijk wat ‘er voor elkaar zijn’ betekent. De discussie zou eindeloos kunnen duren. Omdat ze niet concreet bespreken wat dat nou concreet betekent, blijft hun communicatie moerassig. Onbevooroordeeld luisteren en doorvragen is altijd beter voor het contact dan er van uitgaan dat je hetzelfde bedoelt. Op die manier corrigeer je elkaar in de communicatie en kom je echt tot de kern van jullie conflict. Laten we dit gesprekje opnieuw voeren:

Zij (teleurgesteld): ‘Ik vind het gewoon belangrijk dat je er voor elkaar bent.’
‘Ja, dat klinkt redelijk, maar wat bedoel je daarmee? Ik kan niet in jouw bovenkamer kijken.’
‘Je weet best hoe belangrijk die baan voor me is. Dat had je toch wel zelf kunnen bedenken. Toen ik je belde na dat gesprek had ik je nodig, ik wilde dat je naar me toe kwam of zo. Je had me toch even kunnen ophalen?’
‘Sorry, maar ik ben geen helderziende. Hoe kan ik weten dat jij dat wilde als je me dat niet vraagt?’
‘Dat is zo, maar was je anders wel gekomen?’
‘Als ik had begrepen dat je je zo slecht voelde… zeker weten.’
‘Mmm… oké.’

Er voor elkaar zijn betekent in dit geval. ‘Mij ophalen als ik me slecht voel.’ In een andere situatie kan het betekenen:

‘Sms mij als je later thuis komt dan verwacht.’
‘Zet mij niet voor schut bij je vrienden.’
‘Een kus of bedankje als ik voor je gekookt heb.’

eKudos Nu Jij

Klem in een moeilijke relatie: doorgaan of niet?

Als (relatie)therapeut heb ik twijfel en verwarring hoog zitten. Het is namelijk een voorstadium van verandering, groei en nieuwe inzichten. Er is echter één situatie waarin twijfel vooral verlammend werkt: als het te lang duurt en partners elkaar klemzetten. Dat is voor de liefde funest.

Helaas is relatietwijfel geen wiskundepuzzel die je met een formule kunt oplossen. De meeste mensen kunnen hun twijfels niet zomaar ontcijferen en heftige emoties zoals angst, hechting, schuldgevoel, spijt, in de unieke interactie met de geliefde, maken het nog lastiger. Twijfel van de één, maakt de ander al snel onzeker, opgefokt, verdrietig of verward. En dat geeft de twijfelaar nog meer reden om te haperen. Dit geeft een vicieuze cirkel die zich lastig laat doorbreken. Vaak blijven partners een tijdlang morrend bij elkaar tot er iets dramatisch gebeurt of een van beiden er echt niet meer tegen kan. Soms verzanden dit soort relaties in een vermoeiende knipperlicht-toestand waarbij elke ‘pauze’ tot nieuwe hoop en energie leidt om het weer te proberen. Meestal met precies hetzelfde resultaat tot gevolg.

Soms zien partners de twijfel van hun partner als kwaadwil, net zoals vreemdgaan of schelden. ‘Jij ben diegene die twijfelt aan onze relatie, dús jij bent oorzaak van mijn pijn.’ De achterliggende boodschap is: het is jouw schuld, alleen jij kan het oplossen. Deze verwijtende houding maakt helaas nóóit dat de twijfelaar minder zal twijfelen. Het is namelijk geen bewuste keuze om te twijfelen, en iemand kan er niet zoals vreemdgaan mee stoppen omdat het onhandig is.

Partners belanden vaak in eindeloze discussies, bedoeld om die twijfel te slechten. Twijfelaars zeggen misschien iets als: ’Ik ben gewoon niet zo intellectueel als jij en jij houdt van reizen en avontuur en ik ben meer een huismus.’ Dat klinkt soms redelijk, maar het gevolg is meestal dat er nutteloze welles-nietes-discussie volgt. ‘Ik ben helemaal niet zo intellectueel en ik vind het juist fijn dat je een huismus bent.’ Waarom is zo’n debat zinloos? Ons brein zoekt pas achteraf naar argumenten die bij ons gevoel passen en níet andersom. De twijfelaar zal bij elk argument van de partner geneigd zijn te zoeken naar een tegenargument dat zijn twijfel juist bevestigt. ‘Jij vindt dat we dezelfde humor hebben? Nou ik weet nog toen we …’ Daar komt bij dat de twijfelaar vaak niet durft te zeggen wat hem echt dwarszit uit angst de partner nog meer te kwetsen.

Kortom: argumenten verhullen vaak de echte gevoelsmatige bezwaren en issues die je niet zomaar kunt wegpraten.

Om erachter te komen waaruit de twijfel bestaat, en of het oplosbaar is, moeten beide partners soms tijdelijk ruimte en vrijheid creëren om het te onderzoeken. Dat voelt tegennatuurlijk: het ‘slachtoffer’ van de twijfel wil vaak niets liever dan de twijfelaar laten zien voor hoeveel pijn, verdriet en slaapproblemen deze zorgt. Die zal het gebrek aan controle willen compenseren door de twijfelaar in een hoek te drukken, eindeloze waarom-vragen te stellen of te willen overtuigen dat die twijfel ongegrond is. ‘Waarom wil je zoiets moois als wij hebben zomaar weggooien?’ Helaas zijn dit juist prima manieren om de twijfelende partner verder onder druk te zetten en verder weg te duwen. Iemand een schuldgevoel aanpraten, helpt de liefde nooit.

Ben jij het slachtoffer van de twijfel? Een stap terugdoen en je twijfelende partner (tijdelijk) de twijfel gunnen is het beste wat je kunt doen. Het is je goed recht om verduidelijking vragen, maar probeer je partner niet te overtuigen of in de verdomhoek te zetten. Een onderzoekende, niet-veroordelende houding, brengt je meer dan een defensieve houding waarmee je jouw partner continu met jouw boosheid en angsten confronteert. Sterker nog: vaak is het vrij kunnen uiten van de twijfel een goede manier om tot elkaar te komen en de relatie een nieuwe boost te geven. In ieder geval komen jullie er zo sneller achter waaruit de kern van de twijfel bestaat.

Waaruit bestaat de twijfel?
Vaak wordt relatieonvrede in krachtige, maar vage taal aangekondigd: ‘Ik mis het wij-gevoel’ of ‘De magie is gewoon weg.’ Laat deze stellige taal je niet afschrikken en vraag oprecht naar wat dat in de praktijk betekent. ‘Waaruit bestaat dat wij-gevoel voor jou dan concreet?’ Hoe ziet dat eruit? Wat maakt precies dat je het eerst wel had? Zou het nog terug kunnen komen?’ In relatietherapie blijkt het wij-gevoel soms al terug te kunnen komen wanneer de partner vaker sms’t, kookt en geïnteresseerde vragen stelt. Iets wat jij de ene partner als een ‘onnodige sms’ ziet, kan voor de ander betekenen dat jij hem of haar ‘serieus neemt’. Vaker vertellen wat jou écht bezighoudt of een leuk uitje regelen kan de magie op ‘magische’ wijze doen terugkeren. Soms is de betovering voorgoed weg, maar durft iemand dat nog niet aan zichzelf of de partner toe te geven.

In elk geval is het allerbelangrijkste – voordat jij boos wordt, jezelf gaat rechtvaardigen of in je schulp kruipt – erachter komen wat je partner concreet in de relatie mist. Niet als vaag verwijt (‘Ik wil gewoon serieus genomen worden’) maar als concreet en positief geformuleerde wens: ’Ik wil dat je me betrekt bij aankopen en belt als je te laat bent.’ Pas als je concreet weet wat iemand verwacht, kun je bepalen of het iets is wat je überhaupt kúnt en wílt veranderen. Dat is de hamvraag in elke liefdesrelatie: kúnnen en wíllen jullie elkaar tegemoetkomen in wederzijdse verwachtingen?

Volgens psycholoog Dan Wile valt ongeveer 70 procent van alle conflicten helaas in de categorie ‘permanent’. Na vier jaar vervolgonderzoek ruziën echtparen nog steeds over precies dezelfde dingen als in het begin.Aan sommige onvrede valt prima te werken, aan andere niet. Communicatieproblemen en kleine huishoudelijke geschillen zijn met voldoende goedwil eenvoudig op te lossen, maar verschillen in basisbehoeften en persoonlijkheden niet. Als je partner wil dat je zijn hobby of interesses deelt, dan kun je daar nog voor openstaan. Andersom ook. Doe een zeilcursus, pik een housefeestje mee, ga mee naar die parenclub als je het aandurft. Maar als jullie van elkaar verwachten dat de ander een fanatiek zeiler, extraverte feestganger of swinger wordt, dan hebben jullie een onoplosbaar probleem. Jullie kunt best wat meer moeite voor elkaar doen, maar een andere persoonlijkheid zullen jullie allebei niet krijgen. Wilde: ‘Bij het kiezen van een vaste partner kies je onvermijdelijk ook voor een specifieke reeks onoplosbare problemen waarmee je de volgende tien, twintig of vijftig jaar zult worstelen.’ Zijn conclusie na een reeks onderzoeken: ‘Het heeft geen zin om te wachten tot je partner verandert, want dat zal nooit gebeuren. In goede relaties worden permanente problemen dan ook niet opgelost, maar beide partners zoeken en vinden samen een manier om ermee om te gaan. Mensen die hun partners proberen te veranderen maken zichzelf en de ander daarmee gek.’

Het besef dat een partner niet zal veranderen is misschien pijnlijk, maar soms broodnodig. Intens van iemand houden betekent helaas niet dat je bij elkaar past. Soms zijn behoeften en persoonlijkheden gewoon te verschillend. Hoeveel je allebei ook je best doet, de relatie zal dan altijd onbevredigend blijven. Iemand die een gezin wil, heeft weinig te zoeken bij iemand die dat niet wil. Iemand die verlatingsangst heeft en veel bevestiging nodig heeft past niet bij iemand die bindingsangst heeft en nogal onafhankelijk en op zichzelf is. Iemand die heel koppig en dominant is, botert niet met iemand die dat ook is. Enzovoorts. Na een paar serieuze relatiepogingen, zouden deze mensen wijs genoeg moeten zijn om de stekker eruit te trekken. Twijfelaars belanden helaas vaak in een knipperlichtrelatie omdat ze halfslachtig doorgaan en daardoor het knagende gevoel houden dat er meer in hun relatie zit dan er uitkomt. Het is voor twijfelaars daarom zinnig om er tenminste één keer echt voor te gaan. Dat voorkomt spijt, schuldgevoel en nog meer twijfel.

Een andere valkuil daarbij is helaas wel dat lastige relaties soms extra verslavend zijn. Hoe meer bloed, zweet en tranen je aan elkaar kwijt bent – iets wat juist in lastige relaties gebeurt – hoe moeilijker het is om het verlies te nemen. Deze paradox wordt ook wel de Illusie van de investering genoemd. Je hoopt vergeefs dat alle moeite uiteindelijk toch wordt beloond, waardoor je er te lang mee doorgaat. Het is precies de reden waarom mensen een langdradige of vervelende film uitzitten, waarvan ze eigenlijk al na vijf minuten wisten dat het niks zou worden: ‘Ik had er verdomme 12 euro voor betaald en was op een gegeven moment al halverwege: ja dan wil ik het einde zien ook.’

Voordat twijfelaars besluiten de relatie echt te beëindigen is het goed te weten of ze niet onnodig verblind werden door onrealistische verwachtingen. We zijn allemaal opgegroeid met romantische sprookjes en irreële fantasieën over liefde. Lees voor de grap eens wat willekeurige profielteksten op een datingsite. De gemiddelde dater zoekt het onmogelijke. Mannen zoeken soms naar vrouwen die er standaard uitzien alsof ze van een fotohoot komen, hun absurdistische humor delen en graag met hen in de modder willen kamperen. Doe vrouwen bestaan alleen in hun hoofd. En die gespierde lange avonturier met een topbaan die voor zijn lol Tsjechov leest, het libido van een jonge stier heeft, heel graag een gezin wil en niet vreemdgaat bestaat niet. Of hij is bezet. Of hij gaat stiekem toch vreemd en zit aan de drugs. Deze droomplaatjes staan een normale relatie met iemand van vlees en bloed vaak in de weg. In een gewone relatie heb je al snel te maken met slechte muzieksmaak, oninteressante verhalen, ochtendhumeuren en andere onhebbelijkheden. Jarenlange hersenspoeling met sprookjes over liefde en seks hebben ons daar allergisch voor gemaakt. Veel mensen komen pas na hun dertigste tot de conclusie dat hun ideale partner of romantische archetype helemaal niet bestaat. En soms komen mensen er dan ook achter dat ze het zo slecht niet hadden met hun vorige partner. Ik ken mensen die zich nu een beroerte daten om een bijna identieke partner tegen te komen die ze ooit zelf hebben gedumpt. Het is lastig op waarde te schatten wat je hebt als je er middenin zit of een beperkt referentiekader hebt. Hierom zullen (vooral jonge) mensen af en toe prima relaties (moeten) verbreken om erachter te komen dat die breuk helemaal niet nodig was.

Hoe lang het ook duurt, de belangrijkste liefdesles is: de ideale partner bestaat niet, en het komt de liefde ten goede om dat te weten.

Dat neemt overigens niet weg dat er genoeg partners overblijven die je beter toch kunt vermijden. Partners die, nadat ze eerder beterschap beloofd hebben, nog steeds liegen, schelden, manipuleren, slaan en vreemdgaan bijvoorbeeld. Gok er voor het gemak en jouw levensgeluk maar op dat deze mensen nooit zullen veranderen. Al helemaal niet als jij hun wangedrag keer op keer toch toelaat. Misschien dat zo’n partner op het moment suprême oprecht spijt heeft, maar de kans dat hij/zij dat in de toekomst weer vergeet is groot als het al eerder is gebeurd.

Wil je weten of jouw partner in de toekomst echt zal veranderen? Een nuttig gezegde uit mijn leerboek over systeemtherapie luidt: ‘Eén keer is toeval, twee keer is verdacht, drie keer is een patroon.’ Wie geen ezel in de liefde wil zijn, moet af en genadeloos eerlijk naar zichzelf en z’n partner zijn. Maar vooral naar zichzelf.

eKudos Nu Jij