Waarom word je verliefd op de een en niet op de ander?


Wat nu precies de vonk doet overslaan tussen twee mensen is lastig te beantwoorden. Stom toeval en timing blijken daarbij heel belangrijk. Toch lukt het wetenschappers om langzamerhand meer grip te krijgen op de magische vonk.

Een van de bekendste liefdeswetenschappers van dit moment, Helen Fisher, heeft als biologisch antropoloog baanbrekend onderzoek gedaan naar verschillende stadia in romantische relaties. Zij gebruikte niet alleen vragenlijsten om de liefde beter te begrijpen, maar keek ook rechtstreeks in het brein van veel van haar proefpersonen.

Zij heeft inmiddels overtuigend laten zien hoe lust, verliefdheid en hechting in het brein ontstaan. Die worden volgens haar in gang gezet door fysiek onderscheidbare emotionele ‘hersencentra’. Zo drijft een speciaal ontworpen lustcentrum ons op zoek te gaan naar seks, het verliefdheidscentrum doet ons onze aandacht voor langere tijd richten op één bepaalde partner en het hechtingcentrum zorgt ervoor dat wij lang genoeg bij die partner blijven om voor jonge nakomelingen te zorgen. Deze ingewikkelde chemie wordt aangedreven door biologische, toevallige en aangeleerde triggers.

Wie eindigt met wie
Om een globale indruk te krijgen van wie met wie eindigt kijken we eerst naar de uitkomsten van verschillende demografische onderzoeken. In de praktijk vinden de meeste mensen een partner met dezelfde etnische en sociale achtergrond, met een vergelijkbare intelligentie, opleiding, aantrekkelijkheid, overeenkomstige normen en waarden. Het is logisch te veronderstellen dat die mensen sowieso al in elkaars buurt verkeren, wat de kans vergroot dat zij elkaar zullen vinden.

Een groot misverstand is dat tegengestelden elkaar aantrekken. In de praktijk vallen de verschillen inderdaad meer op dan de overeenkomsten, maar uiteindelijk zijn het de overeenkomsten die ons aantrekken en bij elkaar houden. Wij vinden mensen die qua persoonlijkheid als uiterlijk op ons lijken interessanter als het gaat om relaties en vriendschappen. We worden meer gedreven door herkenning dan de zucht naar het onbekende. Zo vinden de meeste mensen iemand aantrekkelijker naarmate deze meer dezelfde gezichtsverhoudingen heeft als zijzelf. Oer-psycholoog Freud had gelijk dat wij vaker vallen op mensen die enigszins op onze vaders en moeders lijken. We zien graag enige genetische en familiale verwantschap in onze partner.

Naast deze en andere voor de hand liggende evolutionaire redenen om mensen te vallen (zoals gezondheid en schoonheid) zijn er nog allerlei situationele toevalligheden die bepalen of we iemand leuk vinden. Zo wordt het archetype van de ideale partner door toevallige ervaringen in onze vroege jeugd bepaald. Psycholoog John Money stelt dat we vanaf ons achtste levensjaar een soort mentale blauwdruk van onze ideale liefdespartner ontwikkelen. Je guitige campingvriendje, het meisje met de lieve glimlach of je favoriete tv-held kunnen de eerste vlinders in je buik laten ontstaan. Vanaf daar kleurt de liefde en lust-plattegrond zich langzaam verder in. In onze jeugd koppelen we gevoelens van liefde en lust aan bepaalde mensen. Zo ontstaat ‘jouw type’. Die gevoelens worden steeds opnieuw opgeroepen door mensen die aan dat beeld voldoen. De ervaringen en associaties die je gaandeweg meemaakt zorgen voor meer details en variatie. Rond de pubertijd hebben de meeste mensen al een sterke mentale blauwdruk van de liefde. Naarmate we ouder worden gaan we innerlijke eigenschappen meer waarderen, maar nog steeds brengt uiterlijk en uitstraling mensen ook dan bij elkaar.

Ook allerlei toevalligheden in het hier en nu zijn van belang voor de aantrekkingskracht. Zo worden we – over het algemeen – eerder verliefd op mensen die aardig voor ons zijn en die ons ook aantrekkelijk en leuk vinden. Vaak merken we dat wanneer iemand ons (met vergrote pupillen) iets langer aankijkt dan normaal. En als iemand jou ziet zitten, dan zal jij die ander ook eerder uitchecken. Vooral wanneer je daar op dat moment open voor staat en gevoelig voor bent.

We staan over het algemeen meer open voor liefde als we in een kwetsbare of nieuwe fase van ons leven zijn belandt. Bijvoorbeeld omdat we naar een nieuwe stad zijn verhuisd of een nieuwe baan hebben. Verandering helpt liefde te laten ontstaan. Maar zo groots als een verhuizing hoeft het geeneens te zijn. Alles wat het lichaam opwindt of mensen uit hun normale evenwicht haalt – zoals een ongemakkelijk momentje waarbij per ongeluk koffie over elkaar heen wordt gemorst – kan mensen meer ontvankelijk voor elkaar maken. Tot slot blijken mensen diegene waar ze uiteindelijk verliefd op worden vaak een tikkeltje mysterieus te vinden. Waarom ze die persoon mysterieus vinden? Dat is natuurlijk een mysterie. Zowel voor de verliefde als voor een buitenstaander. Het lijkt haast alsof Moeder Natuur – vrij willekeurig – ineens een verborgen (verliefdheids)knop heeft ingedrukt.

Verliefdheid is een pure harddrug. Onder invloed daarvan kan het eten van een patatje onder felle tl-buizen in een snackbar voelen als een diner in een vijfsterrenrestaurant bij mooi gedimd licht. In de hersenen is deze toestand duidelijk te herkennen aan een stevige toename van bepaalde hormonen en hersenstoffen (onder andere fenylethylamine, noradrenaline, adrenaline, endorfine, dopamine en oxytocine). Verliefde mensen zien er door deze hormonale hyperactiviteit vaak ook beter uit. Ze gaan ervan stralen. Deze hormonen zijn verslavend, waardoor het leven zonder de geliefde voelt als wachten en afkicken.

Waarom verliefdheid zo heftig voelt valt best te verklaren. De evolutie is niet gebaat bij twijfelaars en verliefdheid is dé manier om alles te negeren en helemaal op te gaan in de parendans. Dat vergroot de kans op succesvolle voortplanting. Als iemand aan jouw liefdesideaal voldoet, laat je lichaam je dat onomwonden weten. Verliefde mensen willen maar één ding: bij hun geliefde zijn. Het is een obsessieve focus die maakt dat we één persoon interessanter, mooier, leuker, beter vinden dan de overige zeven miljard mensen op de planeet. Een waan waar werk, studie en andere relaties onder lijden. Het geeft zelfs de grootste nihilist betekenis aan het leven.

Kurt Cobain, iemand die ondanks zijn succes het leven als tragisch en zinloos ervoer, voelde dat het leven zin kreeg toen hij verliefd werd op Courtney Love. Johnny Depp vond hetzelfde toen hij Vanessa Paradis ontmoette. Deze ietwat zwaarmoedige, kettingrokende jongens waren in ieder geval tijdelijk volmaakt gelukkig. Als je met je geliefde bent is alles even perfect zoals het is. Alles in het universum lijkt even zijn vaste plek en betekenis te hebben.

De duistere kant van verliefdheid wordt duidelijk als de liefde niet beantwoord of verbroken wordt. Dat is de hél, net als afkicken van heroïne zonder morfine. Afwijzing door de geliefde maakt sommigen waanzinnig, depressief en (zelf)moordlustig. 

Een belangrijk bindmiddel
Zeker nu we ons tegenwoordig niet meer door anderen (sociale druk, cultuur, religie) laten vertellen met wie we verkering moeten hebben is verliefdheid het sterkste bindmiddel dat we hebben. De roes maakt dat twee mensen met elkaar willen versmelten, dat ze eigenschappen en liefhebberijen van een partner accepteren die ze normaal als afstotelijk ervaren en dat ze bereid zijn te investeren in een gezamenlijke toekomst. Vrouwen krijgen, als ze verliefd zijn, meer zin in seks doordat het de productie van testosteron stimuleert, terwijl dit bij mannen juist andersom is. Hierdoor blijven zij gefocust op één vrouw en neemt hun drang tot ‘jagen’ af. Verliefdheid laat mannen en vrouwen iets meer op elkaar lijken.

De obsessieve focus neemt na verloop van tijd af. Meestal na een paar maanden tot een paar jaar (18 maanden gemiddeld). En dat is maar goed ook, want zo komen de geliefden weer toe aan de orde van de dag, en kunnen ze zich weer focussen op werk, studie of kind.

Hoe completer de versmelting van de geliefden tijdens de verliefde fase, hoe meer ze ook daarna bij elkaar willen blijven. Dan hebben ze inmiddels al zoveel van zichzelf gegeven dat ze, zelfs als ze een ‘slechte’ match blijken te zijn, nog wel een keer nadenken om uit elkaar te gaan. Ze kennen elkaars gedachtewereld, vrienden, onzekerheden, familieleden, muzieksmaak, ontbijtgewoonten en mogelijk zijn ze aan sommige aspecten gehecht geraakt.

Verliefdheid maakt in het gunstigste geval plaats voor steun, vertrouwdheid en geborgenheid. Gevoelens die samen een goede basis vormen voor een langdurige liefde.

Goed nieuws voor mensen die vaak op de ‘verkeerde’ vallen: je voorkeur voor bepaalde types kan mettertijd afnemen wanneer nieuwe, frisse, meer geschikte types meer indruk op je maken. We zijn heus niet gedoemd om onze fouten te herhalen. Over het algemeen blijven er wel bepaalde kenmerken bestaan waarvoor je extra gevoelig bent. Een bepaalde blik, een manier van communiceren, een bepaalde mate van spontaniteit, of juist bedachtzaamheid. Het is een unieke, evoluerende mix van eigenschappen die je in bepaalde situaties met bepaalde types de drempel over helpen. En dan… ben je ineens weer verliefd.

eKudos Nu Jij

One comment

  1. Robert

    Waardeer hoe er op deze site over de liefde wordt geschreven. Na een leven van ‘worden aangetrokken door het tegenovergestelde’ had ik zelf al besloten daar nu eens niet meer aan toe te geven. De stukken die ik hier lees helpen mij begrijpen waarom het voor mij op termijn een betere keuze is om meer te kijken naar gelijkenissen. Hartelijk dank voor al de interessante stof die ik hier vind.
    Robert (54)

Post a comment